Artikelen van Paul Schut
Recent viel mijn oog op de uitspraak van Rb. Zeeland- West- Brabant 3 april 2024, ECLI:NL:RBZWB:2024:2145, Belastingadvies 2024/11-12.8. Ouders schenken in die zaak hun onderneming aan hun kinderen waarbij van de BOR gebruik wordt gemaakt. Na drie jaar komt de onderneming in slecht weer en gaat deze failliet. Kort daarvoor sluiten moeder en de kinderen een overeenkomst, waarin zij verklaren te hebben gedwaald bij de schenking en worden de aandelen teruggeleverd aan moeder (vader is inmiddels overleden).
Het einde van het jaar nadert. Oliebollen en champagne strijden weldra om de aandacht. Maar voor het zover is, moeten partners eerst de onderlinge boekhouding bijwerken. U vraagt zich wellicht af welke boekhouding ik bedoel. Welnu, de boekhouding waaruit blijkt dat er vergoedingsrechten of andere vorderingen/schulden tussen partners zijn en of het (eventuele) periodieke verrekenbeding wel is uitgevoerd.
De Successiewet 1956 is een klein wetje met effectief 71 artikelen. Daarvan hebben er 26 betrekking op formele aspecten. Van de overige 45 artikelen zijn er 17 die op de een of andere manier een fictieve erfrechtelijke verkrijging of fictieve schenking veronderstellen. Dat is ongeveer 38%. Civielrechtelijk is dan geen sprake van een schenking of erfrechtelijke verkrijging.
Met enige regelmaat wordt mij gevraagd of kinderen kunnen worden onterfd. Meestal niet, omdat dit de sterke wens is van de vraagsteller, maar omdat er in den lande kennelijk nogal wat wilde – en vaak onjuiste – stellingen rondgaan.
De donkere tijd van het jaar nodigt uit tot terugkijken en vooruitblikken. Op fiscaal terrein is daarvoor meer dan voldoende reden.
Jaarlijks worden wij op initiatief van het kabinet en de Tweede Kamer overstelpt met nieuwe wetgeving. Mij bekruipt de laatste tijd het gevoel dat niet alle wetswijzigingen de praktijk dienen.
Voor de Successiewet 1956 is het civiele recht het uitgangspunt. Als civielrechtelijk sprake is van een schenking of vererving, bepaalt de Successiewet hoeveel schenk- of erfbelasting is verschuldigd. Fictiebepalingen zijn bedoeld om schenk- of erfbelasting te kunnen heffen, terwijl daarvoor civielrechtelijk geen grond is. De fiscale wet beoogt aan te sluiten bij de economische werkelijkheid om misbruik te bestrijden. Dit is begrijpelijk. Het wordt onbegrijpelijk als verschillende varianten economisch hetzelfde uitpakken en fiscaal anders worden behandeld.
Het einde van het jaar nadert. Voor menig belastingadviseur breken (nog) drukke(re) tijden aan, want 31 december is jaarlijks een fiscaal memorabele dag.
De gevolgen van het ontstaan van een gemeenschap van goederen houdt de fiscale gemoederen al lange tijd bezig. Tot 1 januari 2018 ontstond in principe een algehele gemeenschap van goederen als een stel trouwde.