Als de Belastingdienst een te hoge voorlopige aanslag vennootschapsbelasting (vpb) heeft vastgesteld, adviseert BDO om actie te ondernemen. Indien over de jaren tot en met 2014 een te lage aanslag is opgelegd, is onmiddellijk actie vereist om de te betalen belastingrente zoveel mogelijk te beperken.
Voor een te lage aanslag vennootschapsbelasting 2015 adviseert BDO uiterlijk op 24 maart 2016 een elektronisch verzoek tot aanpassing hiervan in te laten dienen. Behoudens eventuele latere verhogingen van het belastbaar bedrag is dan geen belastingrente verschuldigd.
 
Is de aanslag vennootschapsbelasting 2016 te laag vastgesteld, dan is het vanuit liquiditeitsperspectief voordeliger om pas begin 2017 om een verhoging te verzoeken.

Belastingrente

Belastingrente is een vergoeding aan de overheid voor gemiste rente. Als sprake is van een te betalen bedrag, kan rente verschuldigd zijn. Is sprake van een teruggaaf, dan kan onder (zeer strikte) voorwaarden een rentevergoeding worden ontvangen. 

Percentages belastingrente

Per 1 januari 2014 is een minimumpercentage voor de belastingrente ingevoerd van 8% voor de vennootschapsbelasting en 4% voor onder andere de inkomstenbelasting, erfbelasting, loonbelasting en omzetbelasting. Het belastingrentepercentage voor de vennootschapsbelasting is gebaseerd op de wettelijke rente voor handelstransacties en voor de overige belastingen is deze gebaseerd op de wettelijke rente voor niet-handelstransacties. De wettelijke rente voor handelstransacties bedraagt op dit moment 8,05%. De belastingrente voor de vennootschapsbelasting bedraagt momenteel derhalve 8,05%. Per 1 juli 2016 zal DNB opnieuw de wettelijke rente bij besluit vaststellen.

Over welke periode is belastingrente verschuldigd?

De hoofdregel is dat belastingrente wordt berekend indien 6 maanden zijn verstreken na afloop van het belastingjaar. Als het boekjaar gelijk is aan het kalenderjaar, betekent dit voor 2015 dat de berekening van belastingrente aanvangt op 1 juli 2016. Voor 2016 geldt 1 juli 2017 als startdatum voor de berekening van belastingrente. Verder geldt dat de renteberekening stopt:
  • 19 weken nadat de Belastingdienst de aangifte heeft ontvangen; of
  • 14 weken nadat de Belastingdienst een verzoek tot opleggen of aanpassen van een aanslag heeft ontvangen. 

Hoe wordt zoveel mogelijk voorkomen dat belastingrente wordt verschuldigd indien sprake is van een te betalen bedrag?

Het is allereerst van belang of er al een voorlopige aanslag is opgelegd.
 
Geen aangifte, geen aanslag (te betalen bedrag aan belasting)
2012 tot en met 2014
Dien de aangifte zo snel mogelijk in of als dat nog niet mogelijk is, dien een verzoek tot het vaststellen van een voorlopige aanslag in dat zoveel mogelijk overeenkomt met de (nog op te stellen) aangifte. Immers, na het verstrijken van een periode van 6 maanden na afloop van het belastingjaar is belastingrente verschuldigd.
 
2015
Indien er nog geen aanslag over 2015 is opgelegd, dient vóór 1 mei 2016 een verzoek tot het vaststellen van een voorlopige aanslag te worden ingediend. Er is dan (behoudens eventuele latere verhogingen van het belastbaar bedrag) geen belastingrente verschuldigd. Hierbij gaan we er van uit dat het boekjaar gelijk is aan het kalenderjaar. 
 
Voorlopige aanslag naar een te laag of te hoog bedrag
Bij een te hoge aanslag adviseert BDO actie te ondernemen, omdat u de liquiditeiten waarschijnlijk liever in uw onderneming beschikbaar hebt. Bij een te lage aanslag over 2015 (of eerdere jaren) is vanuit het oogpunt van (momenteel) 8,05% belastingrente ook actie vereist. Indien het boekjaar gelijk is aan het kalenderjaar, betekent dit voor 2015 dat uiterlijk 24 maart 2016 een herzieningsverzoek ingediend moet worden. De termijn van 14 weken eindigt dan op 30 juni 2016. Aangezien de berekening eerst op 1 juli 2016 aanvangt, is geen belastingrente verschuldigd (behoudens een latere verhoging van het belastbaar bedrag).
 
2016
Verwacht u over 2016 een hogere winst, dan is het vanuit liquiditeitsperspectief voordelig zo laat mogelijk om verhoging van de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting te verzoeken, maar niet zodanig laat dat u tegen belastingrente aanloopt. De wet geeft hiervoor – anders dan in de inkomstenbelasting – geen regels. Het lijkt verdedigbaar pas begin 2017 om verhoging van de aanslag over 2016 te verzoeken.

Standpunten of discussiepunten in een aangifte vennootschapsbelasting

Bij het innemen van een standpunt in een aangifte op grond waarvan minder belasting is verschuldigd, dient tevens het aspect van de belastingrente te worden beoordeeld. Want wat gebeurt er als de Belastingdienst het ingenomen standpunt niet volgt? Het belastingrentepercentage is dermate hoog dat bij het innemen van een standpunt of bij het voeren van een discussie over een ingediende aangifte, dit aspect mee dient te wegen in de besluitvorming ten aanzien van bezwaar of beroep. 

Overige aandachtspunten

De wet kent een antimisbruikmaatregel ten aanzien van het verzoek tot opleggen of herzien van een aanslag. In theorie kunnen ook goedwillende belastingplichtigen hiermee worden geconfronteerd, hoewel wij van mening zijn dat deze maatregel niet daarvoor is bedoeld.
 
Sinds 1 januari 2014 kan een boete worden opgelegd als opzettelijk onjuiste of onvolledige gegevens en inlichtingen worden verstrekt in een verzoek om het vaststellen van een aanslag of herziening van een aanslag. De boete bedraagt ten hoogste 100% van het bedrag aan belasting dat als gevolg van de onjuiste inlichtingen of gegevens ten onrechte is of zou zijn teruggegeven of niet is of niet zou zijn betaald.
Ter voorkoming hiervan adviseert BDO voor ieder verzoek tot het opleggen van een aanslag dan wel aanpassen van een reeds opgelegde aanslag, vast te leggen op welke wijze de verwachte winst is begroot c.q. geschat. Boeteoplegging is niet aan de orde als het verzoek voldoende cijfermatig is onderbouwd. 
 
 

Bron: BDO

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Bronbelasting, Vennootschapsbelasting

8

Gerelateerde artikelen