De Belastingdienst heeft een standpunt gepubliceerd over wat preferente aandelen zijn rondom de uitvoering van de fiscale bedrijfsopvolgingsregelingen. Volgens fiscalisten is de dienst te vroeg met dit standpunt, zo meldt het FD.
De fiscalisten vinden dat de dienst op de stoel van de wetgever gaat zitten door, in het Kennisgroepstandpunt met het beoordelingskader preferente aandelen, aandelen uit te sluiten die volgens hen wel degelijk in aanmerking komen voor belastingvrijstelling en -uitstel.
Volgens Ruud van den Dool, deeltijd universitair hoofddocent fiscale economie aan de Universiteit van Amsterdam en tevens belastingadviseur, loopt de Belastingdienst met zijn standpunt over wat preferente aandelen zijn vooruit op de voorstellen van het oude kabinet om de regelingen BOR en DSR te versoberen. De fiscalist is het niet eens met de voorgestelde beperking van de opvolgingsregelingen tot gewone aandelen. Daarnaast vindt hij het onjuist dat de Belastingdienst daarop ‘anticipeert’. Van den Dool vermoedt dat de fiscus hiermee alle bijzondere aandelen alvast wil uitsluiten van de regelingen.
Eric van Uunen, belastingadviseur en columnist van deze website, is het eens met zijn collega-fiscalist. Het FD citeert hem: "De Belastingdienst gaat op de stoel van de wetgever zitten. Als er maar iets preferents is aan bijzondere aandelen, kwalificeren die volgens de dienst niet meer voor de opvolgingsregelingen. Terwijl er heel veel hybride aandelen zijn waarvan een groot deel van het ingebrachte kapitaal volledig risicodragend is." Van Uunen heeft onlangs over dit onderwerp een column geschreven op TaxLive.
Bron: FD
Informatiesoort: Nieuws