Belgische belastinginspecteurs mogen alleen de hoofdingang van een bedrijf gebruiken en niet de garagepoort of een zijingang. Dat staat in een opmerkelijk arrest waarmee de rechtbank in Gent de regels bij een fiscale controle verduidelijkt, meldt de Vlaamse zakenkrant De Tijd. Het bedrijf hoeft de boete die is gebaseerd op het onrechtmatige bezoek van de fiscus, niet te betalen.
De zaak ging om een bezoek van de fiscus aan een bedrijf actief in de machinebouw. Inspecteurs van de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) wilden de boekhouding inkijken en de computerbestanden inspecteren. Bij hun aankomst stelden de inspecteurs vast dat de hoofdingang nog gesloten was. Ze liepen zonder aan te bellen door een poort aan de zijkant van het gebouw naar de kantoorruimtes, via het magazijn. Daar hebben ze zichzelf toegang gegeven tot de computers en integrale kopieën van de server gemaakt.
Het hof van beroep in Gent oordeelt echter dat de BBI niet zonder toestemming een bedrijfsgebouw mag betreden. Net zoals iedereen moet ze zich bij ‘de normale toegangsdeur’ melden en vragen om binnen te komen. De rechtbank besluit dat het bewijsmateriaal op onrechtmatige wijze is verkregen en dus niet gebruikt kan worden. Het betrokken bedrijf hoeft de opgelegde fiscale boete niet betalen, aldus de krant.
In Nederland zijn bedrijfsbezoeken en 'waarnemingen ter plaatse' gebruikelijke controlemiddelen van de fiscus. Doorgaans kondigt de fiscus zich van te voren aan via een schriftelijke mededeling, maar waarnemingen ter plaatse kunnen ook onaangekondigd plaatsvinden.
Bron: De Tijd
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Internationaal belastingrecht