De Europese DAC7-richtlijn stelt eisen aan online-platformen waarop goederen en diensten worden verkocht of verhuurd. Platformexploitanten moeten gegevens van verkopers, verhuurders en dienstverleners rapporteren aan de Belastingdienst. Vooral voor kleinere platformen roept deze verplichting vragen op, zo constateert de fiscus. "Dat de rapportageplicht bij kleinere platformen vaak achterblijft, komt deels door onbekendheid met DAC7, maar ook door onduidelijkheid over de criteria en aanlevermethode."

De platformexploitant is zelf verantwoordelijk om te rapporteren aan de Belastingdienst. Vooral kleine platformexploitanten hebben moeite met de huidige manier van rapporteren, ziet de dienst. De complexiteit en kosten van de huidige rapportagemethode system-to-system zijn hierbij een belangrijke drempel. De Belastingdienst werkt daarom aan een alternatieve aanlevermethode die eenvoudiger en betaalbaarder moet zijn voor kleinere platformexploitanten met slechts enkele te rapporteren gegevens. Deze is echter niet beschikbaar vóór de deadline van 31 januari 2025, wanneer de rapportage over 2024 aangeleverd moet zijn.

Totdat de alternatieve methode gereed is, handhaaft de Belastingdienst beperkt op de rapportageplicht. Als platformexploitanten gebruik willen maken van de alternatieve aanlevermethode, kunnen ze dit kenbaar maken via het e-mailadres [email protected].

De Belastingdienst verwacht dat platformexploitanten alvast beginnen met het verzamelen, identificeren en verifiëren van gegevens over hun gebruikers. De verzamel- en identificatieplicht (due diligence) moet immers op 31 december 2024 afgerond zijn. Zodra de alternatieve aanlevermethode gereed is, moeten deze platformexploitanten de rapportage zo spoedig mogelijk indienen. De Belastingdienst zal vanaf dat moment dan ook de volledige handhaving hervatten.

Bron: Belastingdienst

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Europees belastingrecht, Fiscaal bestuurs(proces)recht

302

Gerelateerde artikelen