Voor twee groepen belastingplichtigen is het verstandig om vóór 1 januari 2024 een verzoek om ambtshalve vermindering 2018 in te dienen, omdat anders de vijfjaarstermijn verloopt en deze mensen daardoor hun recht verspelen op (meer) rechtsherstel in de box 3-kwestie. Dat blijkt uit een bericht van kantorenorganisatie SRA.
Wanneer de Hoge Raad volgend jaar oordeelt dat het geboden rechtsherstel (deels) onvoldoende is geweest, moeten belastingplichtigen namelijk nu al actie ondernemen om in aanmerking te komen voor het nieuwe rechtsherstel. Voor de overige jaren is vooralsnog geen actie nodig.
Voor een aantal belastingplichtigen is het aan te bevelen om vóór 1 januari 2024 een verzoek om ambtshalve vermindering IB 2018 in te dienen. Daarbij gaat het om twee groepen van belastingplichtigen.
- De eerste groep bestaat uit belastingplichtigen die deelnamen aan de massaalbezwaarprocedure box 3 inzake de jaren 2017-2020, welke zaak heeft geleid tot het Kerstarrest (24 december 2021). Zij kunnen op dit moment meestal niet meer direct rechtsgeldig in bezwaar komen tegen het geboden rechtsherstel. Ze kunnen echter wel een verzoek om ambtshalve vermindering indienen. Tegen een afwijzing van een dergelijk verzoek staat vervolgens bezwaar en beroep open waarin vervolgens een verdere vermindering kan worden geboden als het werkelijke inkomen lager is.
- De tweede groep bestaat uit belastingplichtigen die een definitieve aanslag inkomstenbelasting 2018 ontvingen met een dagtekening vanaf 12 november 2021. Als deze belastingplichtigen geen bezwaar tegen de definitieve aanslag hebben gemaakt, kunnen zij nog wel een verzoek om ambtshalve vermindering indienen bij de Belastingdienst.
Het gaat hierbij om belastingplichtigen die geen rechtsherstel hebben gekregen, alsook belastingplichtigen voor wie het geboden rechtsherstel mogelijk onvoldoende is geweest, omdat het werkelijke rendement lager was dan het forfaitair berekende rendement.
NB: de belastingplichtigen die een definitieve aanslag inkomstenbelasting 2018 ontvingen met een dagtekening die ligt vóór 12 november 2021 en die niet eerder een bezwaar hebben ingediend, hoeven nu niets te doen, omdat zij automatisch meedoen aan de reeds lopende massaalbezwaarplusprocedure.
Referentienummer 2018NNOT
De Belastingdienst heeft een referentienummer aangemaakt voor het jaar 2018: ‘2018NNOT’. Het verzoek aan belastingplichtigen en belastingadviseurs is om dit referentienummer op te nemen in het verzoek om ambtshalve vermindering voor 2018. Het verzoek moet worden ingediend bij de 'eigen' inspectie/belastingkantoor; er is geen separaat landelijk postadres voor deze verzoeken ingesteld. Voor het indienen van het verzoek kan het juiste postadres worden gezocht via de website van de Belastingdienst. Het referentienummer geeft de Belastingdienst de mogelijkheid het verzoek aan te kunnen houden tot het arrest van de Hoge Raad (wellicht meer) duidelijkheid geeft.
Standpunten ministerie van Financiën
Het Ministerie van Financiën heeft in een brief aan de belangenorganisaties bevestigd dat voor onherroepelijk vaststaande aanslagen - waar het verlopen van de vijfjaarstermijn op dit moment geen rol speelt - de rechtspositie naar de mening van het ministerie niet wordt gewijzigd als een verzoek tot ambtshalve vermindering wordt ingediend vóór het nog te wijzen arrest van de Hoge Raad of erna. Hierbij maakt het naar de mening van het ministerie geen verschil of het arrest van de Hoge Raad straks als 'nieuwe jurisprudentie' moet worden gezien of niet. Daarom kan voor de jaren 2019 en verder gewacht worden totdat duidelijk is wat de Hoge Raad in zijn arrest heeft geoordeeld.
De koepelorganisaties Bond voor Belastingbetalers, Consumentenbond/Consumentenclaim, NBA, NOB, RB, SRA en NOAB hopen in januari 2024 via een nader overleg met het ministerie nog meer duidelijkheid te verkrijgen over deze mening van het ministerie. De inzet van de koepelorganisaties bij dat nadere overleg is en blijft dat onnodige massale stromen van individuele verzoeken moeten worden voorkomen.
Verder hebben de belangenorganisaties aan het ministerie gevraagd of, als de Hoge Raad volgend jaar oordeelt dat het geboden rechtsherstel (deels) onvoldoende is geweest, de belastingplichtigen die meededen aan de massaalbezwaarprocedure box 3 2017-2020 en de belastingplichtigen die een definitieve aanslag inkomstenbelasting ontvingen met een dagtekening vanaf 12 november 2021 automatisch in aanmerking komen voor het nieuwe rechtsherstel. Deze groep belastingplichtigen zou dan geen verzoek om ambtshalve vermindering bij de Belastingdienst hoeven in te dienen om hiervoor in aanmerking te komen. Het ministerie heeft helaas aangegeven hierover pas duidelijkheid te willen geven als het arrest van de Hoge Raad, dat wordt verwacht in maart/april 2024, is gepubliceerd, omdat op basis van een concreet arrest een betere afweging van de gevolgen gemaakt kan worden.
Bron: SRA