Aan de hand van twee lopende Amerikaanse verrekenprijsrechtszaken analyseren de Belastingdienstmedewerkers Clive Jie-A-Joen en Levi Bimmel de arm’s-lengthverrekenprijzen voor intercompany transacties van immateriële activa (IA). Uit hun artikel in het Tijdschrift fiscaal ondernemingsrecht (TFO) blijkt dat de karakterisering van de licentietransactie, in het bijzonder de functionele analyse, belangrijk is voor de keuze en toepassing van de meest geschikte verrekenprijsmethode.
IA behoren tot één van de belangrijkste activa van multinationale ondernemingsgroepen. Om de IA (internationaal) te exploiteren, kunnen er transacties plaatsvinden tussen multinationale groepsentiteiten waarbij het immaterieel activum in licentie wordt verstrekt, wordt verkocht of gezamenlijk wordt ontwikkeld door middel van een ‘cost contribution arrangement’.
De auteurs analyseren welke verrekenprijsmethoden gebruikt kunnen worden om een arm’s-lengthroyaltytarief te bepalen. De twee Amerikaanse verrekenprijsrechtszaken die zij hebben onderzocht gaan uit van de Amerikaanse verrekenprijsregels, maar de analyse kan nuttig zijn voor de verrekenprijspraktijk in het algemeen, zo betogen Jie-A-Joen (die ook docent is bij de Erasmus Universiteit) en Bimmel.
"Het landprofiel van de VS op de website van de OESO geeft aan dat de Amerikaanse verrekenprijsregels consistent zijn met de OESO-verrekenprijsrichtlijnen. Uiteraard kan ons artikel ook bruikbaar zijn voor de analyse van andere typen intercompany transacties", zo bevelen de auteurs hun artikel aan.
----------------------------------------
Uitgever en redactie van het Tijdschrift fiscaal ondernemingsrecht hebben besloten het artikel van Clive Jie-A-Joen en Levi Bimmel, 'Intercompany Licentie van Immateriële Activa: enkele beschouwingen inzake de keuze en toepassing van verrekenprijsmethoden' (TFO 2024/195.2) vrij te geven op het informatieplatform InView.
Bron: Redactie TaxLive