
Het nieuwe Wetboek van Strafvordering beschermt belangrijke rechten en vrijheden niet genoeg. Dat schrijft de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) in een brief aan het kabinet. De wet maakt het mogelijk om meer gegevens voor de opsporing te verzamelen en houdt daarbij niet genoeg rekening met privacy.
In het Wetboek van Strafvordering staat hoe autoriteiten te werk mogen gaan bij de opsporing, vervolging en berechting van verdachten. Het wetboek is verouderd en wordt volledig herzien. Daarbij veranderen op veel punten ook bevoegdheden van bijvoorbeeld de politie en het Openbaar Ministerie.
De AP somt een lijst met punten op (pdf) waar de wet volgens haar inzicht tekortschiet.
Van verdachten van flinke misdaden worden bijvoorbeeld altijd vingerafdrukken en foto's gemaakt, ook als het niet per se nodig is. Die gegevens kunnen vervolgens ook in andere zaken worden gebruikt. Deze regels zijn te soepel, vindt de autoriteit.
Het kabinet moet ook voorkomen dat gegevens van mensen die nergens van worden verdacht in de politiesystemen gaan rondzwerven. Dat kan voor zulke mensen "grote risico's" opleveren.
Gegevens die niet nodig zijn voor het strafonderzoek moeten volgens de AP meteen worden vernietigd. Voorzitter Aleid Wolfsen zegt in een verklaring: "De politie haalt bakken vol data binnen, ook van mensen met wie de verdachte bijvoorbeeld ooit gemaild, geappt of gebeld heeft, maar die niets met criminaliteit te maken hebben."
De balans tussen goede opsporing en bescherming van rechten is zoek, concludeert de AP. Het advies is om het wetboek aan te passen voordat het ingaat. Als het kabinet dat niet doet, bestaat volgens de autoriteit "het reële risico" dat sommige regels botsen met Europese wetten en daarom niet gelden.
Aan het nieuwe Wetboek van Strafvordering wordt al jaren gewerkt. De Tweede Kamer heeft er al meermaals urenlang over gepraat. Volgende week debatteert de Kamer er naar verwachting nog een laatste keer over in de plenaire zaal.
Het kabinet zegt in een reactie dat het nieuwe wetboek een "adequaat stelsel van waarborgen" van rechten en vrijheden bevat. Toch "begrijpen" minister David van Weel (VVD) en staatssecretaris Teun Struycken (NSC) van justitie de oproep om de wet beter aan te laten sluiten bij Europese regels. Ze beloven het EU-recht beter te verwerken in aanvullingen waar de Kamer zich later nog over buigt.
Bron: Autoriteit Persoonsgegevens
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Strafrecht