De NOB heeft in een reactie op het wetsvoorstel Wet toekomst pensioenen aangegeven bijzonder kritisch te zijn op het onderdeel van de voorgestelde wetgeving over de experimenteerruimte pensioensparen voor zelfstandig ondernemers en verwacht dat hier niet of nauwelijks gebruik van wordt gemaakt.
Tevens constateert de NOB dat het aantal pensioenfondsen dat hieraan mee wil werken zeer klein is. De NOB vraagt zich af of het niet beter is om te komen tot een min of meer verplichte pensioenregeling voor zelfstandigen met de mogelijkheid van opting-out in plaats van de zogenoemde experimenteerbepaling voor het ontsluiten van pensioenopbouw in de tweedepijler.
De NOB is verder blij met de invoering van een meer arbeidsvormneutraal pensioenstelsel, maar heeft onder andere vragen over de rendementsverwachting, de gelijkstelling van de grondslag, de overbrugging van de AOW-leeftijd voor het lijfrenteregime, de extra fiscale ruimte bij compensatie en over de dienstjaren vóór 2023.
Voor de bijtelling van de auto van de zaak vraagt de NOB om gelijkstelling van de grondslag in de tweede en derde pijler zodat pensioenopbouw over het autokostenforfait ook mogelijk wordt, net als lijfrenteopbouw.
Tot slot roept de NOB het kabinet op om ook aandacht te besteden aan de FOR. De beroepsorganisatie vraagt zich verder af of er geen fundamentele wijziging op zijn plaats is van het nettopensioen en de nettolijfrente in box 3.
Dit is een eerste reactie op het wetsvoorstel. Gezien de planning en omvang van het wetsvoorstel en de bijbehorende documenten komt de NOB later met aanvullende vragen en opmerkingen.
Bron: NOB
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Pensioenen