De NOB zet vraagtekens bij de proportionaliteit en complexiteit van de vastgoedmaatregel zoals is voorgesteld in het conceptwetsvoorstel aanpassing fgr, vbi en fbi. Dit schrijft de NOB in een reactie op de internetconsultatie.
De Orde vraagt waarom, in plaats van de voorgestelde vastgoedmaatregel, niet voor een meer gerichte maatregel is gekozen zoals het aanpassen van de aandeelhouderseisen. Over de reikwijdte van de vastgoedmaatregel meldt de Orde onder meer dat de toepassing van de maatregel op buitenlands vastgoed onvoldoende is gemotiveerd en disproportioneel is. Verder gaat de Orde in op de aanzienlijke fiscale complicaties van de maatregel, het flankerende beleid in de overdrachtsbelasting en ze staan stil bij de unierechtelijke aspecten van de aanpassing van het fbi-regime.
Ten aanzien van de plannen voor het fonds voor gemene rekening (fgr) gaat de Orde in op de reikwijdte van de definitie van het fgr en geeft de Orde een uitgebreide reactie op het voorgestelde overgangsrecht. Bij het voorgestelde vbi-regime gaat de Orde in op de gevolgen van statusverlies en de gevolgen bij een normaal belastingplichtig geworden rechtspersoon.
Bron: NOB
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Invordering, Vennootschapsbelasting