Een aantal oppositiepartijen in de Tweede Kamer wil een fiscale ontwijkingsconstructie ontmoedigen door een leeftijdsgrens van tussen de 14 jaar en 18 jaar in te voeren voor het oprichten van een bv. Dat meldt de Volkskrant. Op dit moment zijn er 150 tot 200 gevallen bekend waarbij bv's zijn opgericht voor minderjarigen met als doel om erf- en schenkbelasting te voorkomen. 

Ouders die hun vermogen onbelast willen doorsluizen naar hun kinderen kunnen een bv oprichten met hun kind of kinderen als enige aandeelhouder(s). De ouders treden in loondienst bij de bv en ontplooien bedrijfsactiviteiten die winst opleveren, waardoor het bedrijfsvermogen groeit. Dat vermogen is eigendom van de kinderen, de aandeelhouders. De ouders keren zichzelf alleen salaris uit. Als de ouders overlijden hoeft er niet afgerekend te worden met de fiscus, want de kinderen erven niets: het bedrijf was immers altijd al van hen.

Deze zogenoemde baby-bv is een marginaal verschijnsel. Sneller en Senna Maatoug (GroenLinks-PvdA) willen daar toch verandering in. Zij verzoeken staatssecretaris van Rechtsbescherming Teun Struycken om een leeftijdsgrens in het Burgerlijk Wetboek op te nemen. Als Struycken dat weigert, willen ze een Kamermotie indienen. Een minimumgrens van 14 jaar is volgens Tweede Kamerlid Joost Sneller (D66) verdedigbaar, omdat sommige ondernemende tieners echte bedrijfjes starten.

Directeur Pim van Rijswijk van de VRB Adviesgroep stelt in de krant dat hij tegenwoordig eigenlijk alleen nog maar bv’s opricht voor 18-plussers van wie de ouders hun bedrijfsvermogen onbelast willen nalaten aan hun nageslacht.

Bron: Volkskrant

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Schenk- en erfbelasting, Fiscaal ondernemingsrecht

906

Gerelateerde artikelen