In dit artikel staan alle wijzigingen op het gebied van de autobelastingen uit het belastingpakket 2024.
Belastingplan 2024
Belasting van personenauto’s en motorrijwielen (BPM)
- De vaste voet in de BPM wordt vanaf 2025 met € 200 (prijspeil 2023) verhoogd;
- De regeling van BPM-teruggaaf voor geldtransportwagens wordt per 1 januari 2026 beëindigd.
Motorrijtuigenbelasting (MRB)
- De vrijstelling van MRB voor een autobus, die hoofdzakelijk wordt gebruikt voor het openbaar vervoer en die is bestemd om hoofdzakelijk te worden aangedreven door een kracht die wordt ontleend aan vloeibaar gemaakt petroleumgas of aan aardgas, wordt per 1 januari 2030 beëindigd;q
- De lagere brandstoftoeslag voor personenauto’s en bestelauto’s die door particulieren worden gehouden, wanneer in het kentekenregister de brandstofsoort CNG, LNG of de brandstofsoort LPG met de typeaanduiding af-fabriek-, G3- of R115-installatie is opgenomen, wordt per 1 januari 2026 beëindigd;
- Het kwarttarief voor kampeerauto’s wordt per 1 januari 2026 versoberd naar een halftarief. Bovendien worden kampeerauto’s die bedrijfsmatig worden verhuurd niet langer zwaarder belast dan kampeerauto’s die door particulieren worden gehouden. Het specifieke tarief voor kampeerauto’s die bedrijfsmatig worden verhuurd, vervalt per 1 januari 2026;
- De oldtimersvrijstelling voor auto’s vanaf 40 jaar wordt met ingang van 1 januari 2028 versoberd tot motorrijtuigen die voor 1988 zijn gebouwd;
- De zogenoemde regeling voor paardenvervoer, wordt per 1 januari 2026 beëindigd;
- De naheffingstermijn buitenlandse kentekens MRB wordt aangepast van vijf jaar naar maximaal twaalf maanden in verband met hoge naheffingen en weinig mogelijkheid tot maatwerk door Belastingdienst. Het gaat om gevallen die zich – ondanks voorlichting – niet bewust zijn van de in Nederland geldende verplichting om het buitenlands motorrijtuig in te schrijven in het Nederlands kentekenregister;
- Er wordt verduidelijkt dat het niet uitmaakt of een verandering aan het motorrijtuig is aangebracht door de huidige of een vorige houder van het motorrijtuig, of dat het motorrijtuig altijd al in die specifieke toestand verkeerde. Hierdoor kan de naheffingsaanslag niet ter discussie worden gesteld;
- De hoogte van de naheffing bij het onjuist gebruik van een handelaarskenteken wordt aangepast: als het verzuim is beperkt tot uitsluitend het niet kunnen overleggen van het handelaarskentekenbewijs, wordt de naheffingsaanslag gebaseerd op drie maanden in plaats van twaalf maanden;
- Het wordt verduidelijkt dat de vrijstelling in de motorrijtuigenbelasting voor een APK keuringsrit alleen geldt op de dag van de APK-keuring.
Wetsvoorstel Overige fiscale maatregelen 2024
BPM: Codificatie arrest Hoge Raad over gebruik van handelskoerslijsten
Indien een voertuig niet als zodanig op de koerslijst voorkomt, kan met een taxatierapport de afschrijving worden bepaald aan de hand van een vergelijkbaar motorvoertuig in de koerslijst waarvan de eigenschappen en kenmerken het dichtst aansluiten bij het importvoertuig. Hierbij vormen alle (basis)gegevens van het meest vergelijkbare motorvoertuig het uitgangspunt. Zowel de historische nieuwprijs als de handelsinkoopwaarde van dezelfde koerslijst van het referentievoertuig dienen gevolgd te worden voor het bepalen van de juiste afschrijving. Het arrest van de Hoge Raad van 20 mei 2022, nr. 19/04563, V-N 2022/24.10, hierover wordt hiermee gecodificeerd in de Wet BPM 1992.
BPM: Codificatie van een arrest van de Hoge Raad over tariefswijzigingen
In het arrest van 3 juni 2022, nr. 20/03704, V-N 2022/25.10, heeft de Hoge Raad geoordeeld dat de overgangsbepaling van art. 16a Wet BPM 1992 geen discriminerende elementen bevat, mits de regeling zo wordt uitgelegd dat nieuwe motorrijtuigen die voorafgaand aan de tariefswijziging waren ingeschreven in het kentekenregister van een andere lidstaat van de Europese Unie (EU) ook in aanmerking komen voor toepassing van de overgangsbepaling van dit artikel. Met de voorgestelde wetswijziging wordt deze verduidelijking wettelijk verankerd. Dit geldt ook voor inschrijving in het kentekenregister in de landen Noorwegen, IJsland en Liechtenstein.
BPM/ MRB: Verbetering delegatiegrondslag definiëren van motorrijwielen
In zowel de Wet BPM 1992 als de Wet MRB 1994 wordt een delegatiegrondslag aangepast, zodat beter kan worden aangesloten bij de voertuigclassificatie van motorrijwielen van de Dienst Wegverkeer (RDW).
Wet herwaardering proceskostenvergoedingen WOZ en BPM
Het wetsvoorstel is een reactie op de signalen vanuit onder meer de Belastingdienst en de rechtspraak over de hoge instroom van WOZ- en BPM-zaken die worden ingediend door no-cure-no-pay-gemachtigden.
De belangrijkste wijzigingen zijn:
- De proceskostenvergoedingen voor WOZ- en BPM-zaken wordt verlaagd door vermenigvuldiging met de factor 0,25 als de bestreden beschikking wordt vernietigd of gewijzigd. Voor overige gevallen worden de proceskostenvergoedingen verlaagd door vermenigvuldiging met de factor 0,10.
- De hoogte van de immateriële schadevergoedingen bij WOZ- en BPM-zaken worden verlaagd van € 500 naar € 50 per halfjaar waarmee de redelijke termijn wordt overschreden.
- Uitbetalingen die voortvloeien uit een beslissing op bezwaar of een uitspraak in een beroepsprocedure vinden uitsluitend plaats op een bankrekening die op naam staat van de belanghebbende.
- De wijzigingen die zien op het toekennen van proceskostenvergoedingen en de hoogte van de immateriële schadevergoeding bij overschrijding van de redelijke termijn vinden voor het eerst toepassing met betrekking tot een bezwaar tegen een na 1 januari 2024 bekendgemaakt besluit en voor een beroep, hoger beroep, verzet, beroep in cassatie tegen of een verzoek om herziening van een na 1 januari 2024 bekendgemaakte beslissing of uitspraak.
------------------------
Lees ook de wijzigingen uit het belastingpakket 2024 in de:
- Inkomstenbelasting
- Loonbelasting
- Vennootschapsbelasting
- Vastgoed en eigen woning
- Formele belastingen
- Milieubelastingen