
Zzp’ers in Utrecht en Noord-Brabant hanteren gemiddeld het hoogste uurtarief van alle provincies: € 84. In Friesland ligt het gemiddelde uurtarief juist het laagst: € 71. Ook in omzet, winst en declarabele uren zijn er flinke verschillen tussen regio’s. Dat blijkt uit onderzoek van de online bank Knab onder meer dan 20.000 zelfstandig ondernemers.
Gemiddeld rekenen zzp’ers in Nederland € 81 per uur. In sommige provincies ligt dat dus hoger. Na Utrecht en Noord-Brabant (€ 84) volgt Noord-Brabant met € 82 per uur. Onderaan de lijst vinden we Friesland (€ 71) en Groningen (€ 76). De hoogte van het uurtarief bepaalt niet automatisch hoeveel er onderaan de streep overblijft. Zo boeken zzp’ers in Flevoland een van de hoogste winsten van Nederland, ondanks een relatief laag uurtarief van € 79. En in Drenthe combineren zzp’ers een iets lager tarief (€ 77) met een hoge nettowinstmarge én relatief veel declarabele uren, waardoor de winst bijna gelijk is aan het landelijk gemiddelde.
De gemiddelde winst van zzp’ers in 2024 loopt uiteen van € 53.727 in Friesland tot € 64.264 in Utrecht. In sommige provincies is vooral de winstmarge opvallend hoog, zoals in Drenthe (65 procent ) en Flevoland (63 procent). Zzp’ers in Limburg maken gemiddeld de minste declarabele uren per week (27,5 uur), terwijl in Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht en Drenthe de meeste uren worden gefactureerd: gemiddeld 30. Voor deze specifieke cijfers kijkt Knab alleen naar zzp'ers die minimaal één jaar ondernemen en geen baan in loondienst ernaast hebben.
In de meeste provincies is de zakelijke dienstverlening de grootste sector onder zzp’ers. Maar dat geldt niet overal: in de provincies Groningen, Drenthe en Limburg is de bouwsector het grootst. En die sectorverdeling heeft impact op de cijfers. In sectoren als zakelijke dienstverlening en ICT zijn de marges en tarieven vaak hoger dan in de bouw, zorg of persoonlijke dienstverlening.
In Zuid-Holland en Noord-Brabant werkt meer dan de helft van de zzp’ers voornamelijk voor andere bedrijven (B2B). In Groningen, Friesland en Limburg werken juist relatief veel zzp'ers direct voor consumenten (B2C). Het aandeel zzp’ers dat voor de overheid werkt varieert van 7 procent tot 12 procent.
Tot slot zegt gemiddeld 86 procent van de zzp’ers positief te zijn over de toekomst van hun bedrijf. Tegelijkertijd maakt 29 procent zich zorgen over de Wet DBA, de wet die schijnzelfstandigheid onder ondernemers moet tegengaan. Die zorgen zijn het grootst in Flevoland, Friesland en Zuid-Holland; provincies waar relatief veel zzp’ers B2B-opdrachten doen.
Alle provinciecijfers in één overzicht staan op de website van de bank.
Bron: Knab
Informatiesoort: Nieuws
Rubriek: Fiscaal ondernemingsrecht