De gewijzigde belastingregels per 1 januari 2021 zijn goed te merken in de woningmarktcijfers. Zo is voor het eerst in jaren het aantal starters op de woningmarkt gestegen, meldt het Kadaster. Maar de instantie zegt daarbij gelijk dat de vergelijking tussen het slotkwartaal van 2021 met het eind van 2020 mank gaat. Dit vanwege het belastingvoordeel dat per 1 januari vorig jaar gold voor starters tot 35 jaar oud. Daardoor stelden vele koopstarters hun koopambities tot in het nieuwe jaar uit.

Per 1 januari werd de overdrachtsbelasting voor starters op de woningmarkt afgeschaft. Voor onroerende zaken geldt normaal gesproken een tarief van 2 procent. Overigens gold de startersmaatregel ook voor doorstromers tot 35 jaar. Bij die groep bleef het aantal transacties op jaarbasis achter bij een jaar eerder. Dit komt volgens het Kadaster mogelijk doordat bij de doorstromers niet bekend was dat zij ook recht hadden op het belastingvoordeel. Wat ook meespeelt is dat zij vanwege de huidige marktomstandigheden eerst hebben gewacht tot het eigen huis was verkocht, alvorens een nieuwe woning te kopen.

In het slotkwartaal van 2021 ging het om 16.500 koopstarters tot 35 jaar. Dat waren er in het laatste kwartaal van 2020 circa 11.200. In het eerste kwartaal van 2021 was sprake van een inhaalslag toen 24.700 koopstarters tot 35 jaar werden geregistreerd.

Verder meldt het Kadaster dat de woningprijzen in het laatste kwartaal van 2021 minder fors zijn gestegen. Ook werden er minder woningen verkocht. In het slotkwartaal wisselden 52.800 huizen van eigenaar. Dat zijn er ruim een vijfde minder dan een jaar eerder. Ook dit kan te maken hebben met de belastingwijzigingen. Om investeerders van de woningmarkt te weren ging voor die groep de overdrachtsbelasting per 1 januari juist omhoog naar 8 procent. Daardoor grepen zij de laatste maanden van 2020 veelal aan om nog snel een slag te slaan.

Volgens het Kadaster kochten investeerders destijds vooral goedkope appartementen. De prijzen in het slotkwartaal van 2021 lagen, mede om die reden, bijna 20 procent hoger dan een jaar eerder. De gemiddelde woningprijs lag in de laatste drie maanden van 2021 op 403.000 euro. In gemeenten als Pekela, Eemsdelta, Kerkrade, Den Helder en Heerlen lag de gemiddelde prijs van een woning onder de 250.000 euro. In Laren, Wassenaar, Rozendaal, Bloemendaal en Blaricum ging het gemiddeld om meer dan 800.000 euro per woning.

Bron: Kadaster

Informatiesoort: Nieuws

Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer

Dossiers: Prinsjesdag 2021

23

Gerelateerde artikelen