De Amerikaanse regering onder Donald Trump ziet niets in het internationale akkoord over een minimumtarief voor belastingen op bedrijfswinsten. De regering-Biden was daar voorstander van, maar kort na de inauguratie van Trump als president benadrukt het Witte Huis dat die belastingdeal niet geldig is in de Verenigde Staten zolang het Congres er niet mee instemt.
Onder leiding van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) sloten ruim 130 landen een deal waarin ze afspraken winsten van bedrijven voor minimaal 15 procent te belasten, de zogenoemde pijler 2. Dat moet voorkomen dat landen met elkaar concurreren met steeds lagere belastingtarieven om multinationals te lokken.
Volgens de regering-Trump leveren de Verenigde Staten daarmee een deel van hun soevereiniteit en concurrentiekracht in. "De mondiale belastingdeal van de OESO die werd gesteund door de vorige regering maakt niet alleen extraterritoriale rechtsbevoegdheid over Amerikaanse winsten mogelijk, maar beperkt ook het vermogen om belastingbeleid te voeren dat in het belang is van Amerikaanse bedrijven en werkenden", staat in een presidentieel memorandum van Trump.
Trump waarschuwde ook dat de VS met vergeldingsmaatregelen komen als andere landen belastingen invoeren die in zijn ogen gericht zijn op Amerikaanse bedrijven. Dat kan relevant worden als er nieuwe belastingen voor techbedrijven als Amazon, Meta of Google komen.
Bij de OESO-deal over internationale belastingregels spraken landen ook af dat multinationals in de toekomst niet alleen belasting betalen in hun thuisland, maar in alle landen waar ze winst behalen. Dat moet er onder andere voor zorgen dat grote Amerikaanse techbedrijven meer belasting betalen in landen waar ze actief zijn. Eerder kwamen landen als Frankrijk, Italië, Spanje en het Verenigd Koninkrijk met een eigen 'digitaks' voor grote techbedrijven, tot ongenoegen van de VS.
Bron: ANP
Informatiesoort: Nieuws