Op 21 juni 2023 is het nieuwe belastingverdrag tussen Nederland en België getekend. Dit nieuwe verdrag vervangt het huidige verdrag uit 2001. Het nieuwe belastingverdrag treedt in werking na de parlementaire goedkeuring in beide landen. Het nieuwe belastingverdrag zal hierdoor waarschijnlijk pas op zijn vroegst op 1 januari 2025 in werking treden.
Op 23 juni 2023 is vanuit Belgische zijde de tekst van het belastingverdrag beschikbaar gekomen. Op grond van deze verdragstekst ga ik in deze bijdrage in op de positie van de werkgever en werknemer onder het nieuwe belastingverdrag. In een volgende bijdrage zal ik ingaan op de overige relevante wijzigingen uit het belastingverdrag.
Compensatieregelingen voor grensarbeiders
In het huidige belastingverdrag zijn door het wegvallen van de grensarbeidersregeling voor werknemers uit het oude belastingverdrag twee compensatieregelingen in het leven geroepen:
- een algemene compensatieregeling; en
- een bijzondere compensatieregeling.
De bijzondere compensatieregeling geldt alleen voor inwoners van Nederland die op 31 december 2002 in België als grensarbeider in de zin van het oude belastingverdrag met België werkzaam waren. De bijzondere compensatieregeling eindigt als overgangsregeling, zodra de netto inkomensachteruitgang in enig jaar nihil bedraagt of als de grensarbeider van dienstbetrekking verandert. Hierop zijn een aantal bij besluit genoemde uitzonderingen waarop een beroep gedaan kan worden. Een werknemer met de bijzondere compensatieregeling zal door deze compensatie overigens niet snel van baan veranderen.
Ook in het nieuwe belastingverdrag zijn beide compensatieregelingen weer opgenomen, zodat de inwoner van Nederland die in België werkt uiteindelijk fiscaal hetzelfde wordt behandeld als degene die in Nederland woont en werkt.
De algemene compensatieregeling geldt normaliter voor iedereen die in Nederland woont en (gedeeltelijk) in België werkt. Met de algemene compensatieregeling krijgt de inwoner van Nederland die in België werkt een compensatie voor het mislopen van bepaalde aftrekposten (o.a. hypotheekrente aftrek). De compensatie is enkel van toepassing als de gecombineerde Belgisch-Nederlandse heffing hoger is dan wanneer enkel de Nederlandse heffingen van toepassing zouden zijn. Het verschil is de algemene compensatie.
Een wijziging is wel dat geen compensatie wordt gegeven voor inkomsten uit aandelenoptierechten. Dit is het geval als het Belgische inkomen over optierechten in een ander kalenderjaar deel uitmaakt van de belastinggrondslag (jaar van toekenning), dan in het kalenderjaar waarin Nederland (jaar van uitoefening) het loon in verband met het aandelenoptierecht in aanmerking neemt.
De bijzondere compensatieregeling is overigens opgenomen in de slotbepalingen en niet in het specifieke artikel over de Compensatieregeling voor Nederlandse grensarbeiders.
Vennootschapsleiding: bestuurdersbeloningen
Dit artikel is in het nieuwe belastingverdrag ingekort. Het huidige als ook het nieuwe belastingverdrag wijst beloningen die iemand krijgt in zijn hoedanigheid als statutair bestuurder toe aan het land waar de vennootschap is gevestigd.
Op de beloningen voor de overige werkzaamheden van de statutaire bestuurder geldt de regeling voor inkomsten uit dienstbetrekking. Dit onderscheid is sinds 2023 voor de in Nederland woonachtige directeuren met een buitenlands bestuursmandaat overigens al van belang. Voor een buitenlandse bestuursfunctie geldt normaliter de verrekeningsmethode en voor de overige werkzaamheden in de regel de vrijstellingsmethode. Dus veelal is het verschil aan werkzaamheden in de praktijk nu al expliciet vastgelegd.
Inkomsten uit dienstbetrekking
Deze regeling is niet gewijzigd, maar het toepassingsbereik is aanzienlijk vergroot door het schrappen van de hoogleraren-, artiesten- en sportersbepalingen. Met het nieuwe belastingverdrag betalen de over de grens werkende leraren en hoogleraren in principe belasting in het land waar zij werken. Daarmee ontstaat meer gelijkheid en betalen zij vaker belasting in hetzelfde land waar zij hun sociale zekerheidspremies verschuldigd zijn. Zij worden daarmee – anders dan onder het huidige verdrag – hetzelfde behandeld als andere werknemers.
Voor sporters en artiesten worden administratieve lasten voorkomen, omdat zij onder het nieuwe verdrag (anders dan onder het huidige verdrag) bij een kortdurend optreden over de grens geen bronbelasting in het andere land verschuldigd zijn. Zij betalen over de betreffende inkomsten dan belasting in het land waar zij wonen. Hiermee verdwijnt ook het risico van dubbele belastingheffing en hoeft in de aangifte inkomstenbelasting ook geen ingewikkelde voorkomingsverrekening te worden opgenomen.
Over de thuiswerkregeling wordt nog onderhandeld en het eindresultaat daarvan kan dan als protocolbepaling nog aan nieuwe belastingverdrag worden toegevoegd.
Pensioenen
Het pensioenartikel is ongewijzigd gebleven. De verwachting was dat de grens van € 25.000 verlaagd zou worden naar € 15.000, maar deze is ongewijzigd gebleven. Pensioenen zullen normaliter in België worden belast en enkel lijfrenten met een jaarlijkse uitkering boven de € 25.000 zullen veelal in Nederland belast blijven aangezien zij in België in de regel als roerend inkomen lager worden belast. Over de precieze uitleg hiervan loopt nog een procedure bij de Hoge Raad.
Ondanks dat het pensioenartikel niet is gewijzigd, wordt een gezamenlijke Nederlandse en Belgisch uitleg over de interpretatie van dit artikel wel op prijs gesteld door de verschillende nationale interpretaties en wetswijzigingen.
Belgische opcentiemen
Net als onder het huidige belastingverdrag mag België ook gemeentelijke opcentiemen heffen over het uit Nederland afkomstige inkomen dat onder het belastingverdrag is vrijgesteld. Ook hierin is niets gewijzigd.
Resume
De wijzigingen in het nieuwe belastingverdrag zijn bij eerste lezing voor de hand liggend en leiden tot minder administratieve lasten. Dit is zowel voor werkgevers als werknemers goed nieuws.
---------------------------
In deze blogserie over het nieuwe belastingverdrag met België is eerder verschenen: