De Tweede Kamer is verdeeld over de wijze waarop het kabinet omgaat met “fossiele subsidies”.
Tijdens een commissiedebat over fiscale en financiële voordelen voor fossiele bedrijven riepen de woordvoerders vanuit de oppositiepartijen én coalitiepartij NSC het kabinet op om ambitieuzer te zijn en meer te doen om deze “fossiele subsidies” af te bouwen.
De VVD en BBB benadrukten dat het afbouwen van deze fiscale voordelen geen doel op zich mag zijn en dat dit zoveel mogelijk in Europees verband moet plaatsvinden. Ondanks deze verschillen van inzicht, moet het kabinet in de voorjaarsbesluitvorming kritisch naar alle fiscale voordelen voor fossiele bedrijven kijken indien de klimaatambities met het huidige beleid niet gerealiseerd worden.
Het debat liet duidelijk zien dat er binnen de Tweede Kamer fundamenteel anders wordt gedacht over het belang van “fossiele subsidies” voor de Nederlandse economie. Vermeer (BBB) en Van Eijk (VVD) gaven aan dat de Nederlandse industrie zonder deze regelingen niet kan concurreren met het buitenland. Tegelijkertijd benadrukten Kröger (GL-PvdA), Rooderkerk (D66), Koekkoek (Volt) en Teunissen (PvdD) dat innovatieve en duurzame nieuwe bedrijven door deze “fossiele subsidies” op achterstand gezet worden en niet kunnen concurreren met hun fossiele tegenhangers. Om dit perspectief voldoende mee te nemen in de politieke besluitvorming vroegen deze Kamerleden het kabinet om ook de impact van deze verstorende “fossiele subsidies” op duurzame concurrenten mee te nemen in de impactanalyses.
Onderbeprijzing
Een belangrijke consequentie van fossiele regelingen is onderbeprijzing: bedrijven maar ook de consumenten betalen minder dan de daadwerkelijke kosten voor fossiele energie en producten. Dit vindt de oppositie om twee redenen ongewenst. Allereerst komen de daadwerkelijke kosten terecht bij de samenleving en niet bij de vervuiler. Daarnaast wordt het prijsverschil met circulaire en hernieuwbare energie en producten kunstmatig vergroot. In het debat focusten de Kamerleden zich op vier economische sectoren waarbij er sprake is van (forse) onderbeprijzing: landbouw en veeteelt, scheepvaart, luchtvaart en de productie van plastics. Daarbij wilden de Kamerleden dat het kabinet de onderbeprijzing in deze sectoren, stapsgewijs en in Europees verband, tegengaat.
De Kamerleden deden daarbij verschillende concrete voorstellen om de fossiele fiscale regelingen – binnen de kaders van het hoofdlijnenakkoord – af te bouwen. Rooderkerk (D66), Koekkoek (Volt) en Postma (NSC) vroegen zich af of het niet beter zou zijn om de voorgenomen verlaagde accijns voor fossiele diesel in de agrarische sector (rode diesel) voor duurzame biobrandstoffen te laten gelden of om elektrische tractoren fiscaal te stimuleren. Kröger (GL-PvdA) wees erop dat het in internationale verdragen afgesproken verbod om kerosine te belasten omzeild kan worden door deze belasting in bilaterale afspraken tussen landen op te nemen. Teunissen (PvdD) gaf aan dat Spanje en Italië als voorbeeld kunnen dienen voor de aangekondigde heffing op fossiele plastics.
Parlementair
De woordvoerders van de oppositiepartijen gaven aan zich grote zorgen te maken over het gebrek aan ambitie en voortgang ten aanzien van het afbouwen van de fiscale regelingen en instrumenten voor fossiele bedrijven. Daarbij is het grootste punt van zorg het plan van het kabinet om fossiele subsidies “in Europees verband” af te bouwen. Betekent dit dat fossiele regelingen alleen worden afgebouwd als de hele Europese Unie daarmee instemt, of kunnen er ook stappen worden gezet als een kopgroep van Europese landen samenwerkt? De oppositie benadrukt daarbij dat we niet op de langzaamste lidstaten kunnen wachten bij het verduurzamen van het belastingstelsel.
Minister Hermans (Klimaat en Groene Groei) en staatssecretaris Van Oostenbruggen (Fiscaliteit) laten de optie open om met Europese kopgroepen stappen te zetten en benadrukken dat het kabinet in de voorjaarsbesluitvorming ook op nationaal gebied ambitieuzer zal zijn als de klimaatambities niet gehaald (dreigen te) worden. Postma (NSC) deed het kabinet daarbij een interessante handreiking: “begin met kleine stappen” en kort de fossiele subsidies alvast met 10 tot 15%.
Informatiesoort: Parlementair
Rubriek: Milieuheffingen