Op 6 april 2024 willen klimaatactivisten opnieuw de A12 in Den Haag blokkeren om te protesteren tegen ‘fossiele subsidies’. Daarmee willen ze twee signalen afgeven richting de politiek. Allereerst dat het demissionaire kabinet meer moet doen om de fiscale en financiële voordelen voor fossiele bedrijven zo snel mogelijk af te schaffen.
Daarnaast vinden ze het onjuist dat de afbouwplannen die momenteel op tafel liggen vooral zijn “gebaseerd op wat het kabinet politiek en economisch haalbaar acht, in plaats van op de wetenschappelijke noodzaak gerelateerd aan de klimaat- en ecologische crisis”. Dat laatste signaal staat haaks op de reacties vanuit de industrie én een recente studie naar de positieve impact van het afschaffen van fossiele subsidies.
In het recente ambtelijke rapport ‘Belastingen in maatschappelijk perspectief, bouwstenen voor een beter en eenvoudiger belastingstelsel’ is expliciet gekeken naar de (on)mogelijkheden om fossiele subsidies af te schaffen. Het rapport schetst een genuanceerd beeld over de rol van fiscale instrumenten in het klimaatbeleid. Enerzijds wordt aangegeven dat beprijzingsmaatregelen nodig zijn om de klimaat- en milieudoelstellingen te realiseren. Ook wordt het beter beprijzen van de negatieve effecten op klimaat, milieu en gezondheid genoemd als oplossing om de (stijgende) lastendruk op arbeid te beperken. Anderzijds benadrukt het rapport dat er meer naar andere beleidsinstrumenten, zoals normeren en subsidiëren, moet worden gekeken in het klimaatbeleid.
Weglekeffecten
De bouwstenennotitie benadrukt dat het afschaffen van fossiele subsidies geen doel op zichzelf moet zijn. Een beter uitgangspunt is het adequaat beprijzen van de externe effecten van fossiele energie en grondstoffen. Daarnaast moet er bij het afbouwen van fossiele subsidies ook gekeken worden naar andere aspecten, zoals juridische (on)mogelijkheden, kosten en weglekeffecten. Op basis van deze aspecten laat het rapport zien dat een aantal vrijstellingen en voordelen per 2030 afgeschaft kan worden, maar dat dit niet voor alle fossiele subsidies geldt. Het risico is groot dat het afschaffen van sommige fossiele subsidies niet leidt tot verduurzaming maar tot het verplaatsen van bedrijvigheid.
Onderzoeksbureau CE Delft heeft, in opdracht van het kabinet, onderzocht wat de positieve effecten zijn van het afschaffen van fossiele subsidies. Kort samengevat toont deze studie dat er nieuwe marktkansen ontstaan als fossiele subsidies worden afgebouwd en dat afbouwscenario’s nieuwe innovaties en duurzame technieken stimuleren. Daarbij plaatsen de onderzoekers één grote kanttekening: zonder gelijk Europees speelveld zal “een deel van de industriële productie zich verplaatsen naar het buitenland”. Dit is “niet alleen potentieel ongunstig voor de kortetermijn-CO2-emissies, ook kan het de transitie naar een duurzame industrie in de weg zitten”. In dit licht wordt daarom het belang van een Europese aanpak benadrukt.
Parlementaire agenda
De bouwstenennotitie en de studie naar de positieve effecten van het afschaffen van fossiele subsidies laten zien hoe ingewikkeld het is om alle fossiele subsidies morgen af te schaffen. Tegelijkertijd bevatten beide rapporten concrete handvatten om tot een realistisch afbouwpad voor fossiele subsidies te komen. Daarnaast bevatten beide rapporten concrete suggesties om de klimaatdoelstellingen met andere beleidsinstrumenten, zoals normeringen en verplichtingen, te realiseren. Het is nu aan de politiek om te besluiten hoe we de ‘fossiele subsidies’ op een verstandige en haalbare manier gaan afschaffen.
In de Tweede Kamer blijven fossiele subsidies hoog op de politieke agenda staan. Afgelopen maand diende Kröger (GL-PvdA) een initiatiefwetsvoorstel in waarmee de ambitie om alle fossiele subsidies uiterlijk 2030 te hebben afgebouwd, moet worden verankerd in de Klimaatwet en het kabinet de Kamer jaarlijks moet informeren over de afbouw. Ook vindt er op 16 mei a.s. een rondetafelgesprek plaats tussen Tweede Kamerleden, wetenschappers, ngo’s en bedrijven over fossiele subsidies. Dit proces zal voor de klimaatactivisten echter waarschijnlijk niet snel genoeg gaan, maar met oog op de recente studies kunnen ze beter ook af en toe in Brussel gaan protesteren.
Informatiesoort: Parlementair
Rubriek: Milieuheffingen