Belastingplichtigen weten niet goed wat de arresten van de Hoge Raad over box 3 betekenen voor hun persoonlijke situatie. Daardoor gaan zij uit van verkeerde veronderstellingen over de benodigde vervolgacties en de informatie die de Belastingdienst ter beschikking heeft. Dit blijkt uit het eerste onderzoek naar de verwachtingen en behoeften vanuit belastingplichtigen met vermogen over het hersteltraject in box 3.
Op basis van de uitkomsten van deze periodieke peiling onder getroffen belastingplichtigen zal de Belastingdienst zijn communicatiestrategie – waar nodig – bijsturen. Het is daarbij de vraag of het de Belastingdienst lukt om mensen voldoende te informeren voordat de hersteloperatie aankomende zomer van start gaat.
Afgelopen juni oordeelde de Hoge Raad dat de Wet rechtsherstel box 3 nog steeds in strijd is met het discriminatieverbod en het eigendomsrecht wanneer het werkelijke rendement lager is dan het forfaitaire rendement. De Hoge Raad bepaalde daarbij dat er rechtsherstel moet worden geboden door de belastingaanslag zo ver te verminderen dat in box 3 alleen nog belasting wordt geheven over het werkelijke rendement. Daarbij gaf de Hoge Raad ook aanwijzingen over hoe dit werkelijke rendement vastgesteld kan worden. Op dit moment is de Belastingdienst druk bezig om zoveel mogelijk belastingplichtigen met vermogen te informeren dat ze vanaf de zomer 2025 hun werkelijke rendement online kunnen doorgeven.
Brieven van de Belastingdienst
Het eerste onderzoek onder belastingplichtigen met vermogen over hun verwachtingen betreffende het aanvullende herstel in box 3 vond afgelopen zomer plaats. Deze eerste peiling laat een aantal interessante zaken zien. Allereerst dat iets meer dan de helft van de ondervraagden überhaupt niet bekend is met (de inhoud van) de uitspraak van de Hoge Raad. Daarnaast blijkt het lastig voor belastingplichtigen om in te schatten wat de gevolgen zijn voor hun persoonlijke situatie. Tot slot geven de meeste ondervraagden aan behoefte te hebben aan meer informatie over wat deze arresten voor hun betekenen. Er is behoefte aan duidelijke, frequente en tijdige updates over de ontwikkelingen in het herstelproces.
In de afgelopen maanden heeft de Belastingdienst alle belastingplichtigen die aanspraak zouden kunnen maken op herstel op basis van de uitspraak van de Hoge Raad over het jaar 2019 een brief gestuurd. De oproep daarin was om een verzoek tot ambtshalve vermindering in te dienen, zodat hun aanslag over 2019 niet verjaart. Aangezien de Belastingdienst niet bekend is met het werkelijk behaalde rendement in box 3, krijgen ook de mensen die niet in aanmerking komen voor compensatie deze brief. Het is waarschijnlijk dat deze brieven enerzijds voor enige verwarring zullen zorgen en anderzijds leiden tot vragen richting de Belastingdienst, banken, accountants en fiscaal adviseurs.
Parlementair
Miljoenen belastingplichtigen verwachten dat ze in aanmerking komen voor compensatie voor te veel betaalde box 3-belasting. Deze verwachting dreigt te leiden tot veel extra werk voor zowel de belastingbetaler als de Belastingdienst. In de praktijk zullen de meeste belastingplichtigen niet in aanmerking komen voor rechtsherstel. Het gemiddelde rendement over belegd vermogen was de afgelopen jaren veel hoger dan het forfait in box 3. Toch zullen veel belastingplichtigen, zodra ze de brief van de Belastingdienst ontvangen, in hun administratie duiken om te achterhalen hoe hun werkelijke rendement in 2019 zich verhoudt tot het forfaitaire rendement.
Het lijkt erop dat de Belastingdienst hierdoor met veel onnodig werk wordt opgescheept. Daarbij speelt de politieke keuze om niet-bezwaarmakers geen rechtsherstel te bieden (over 2017-2020) ook een rol. Hierdoor is er, in de woorden van de staatssecretaris, “bij belastingplichtigen (en hun gemachtigden) het gevoel ontstaan dat zij tegen elke (juiste) belastingaanslag bezwaar moeten maken om in ieder geval ‘rechtsverlies’ te voorkomen”. Dit roept de vraag op of het niet beter zou zijn voor de Belastingdienst én belastingplichtigen als er vooraf meer duidelijkheid gegeven wordt. Bijvoorbeeld door een eenvoudige (online) toets waaruit blijkt of rechtsherstel een mogelijkheid is.
Rubriek: Inkomstenbelasting
Informatiesoort: Parlementair