Het parlement is bijzonder kritisch op de keuze van kabinet Schoof om alle fiscale plannen zoveel mogelijk in het Belastingplan op te nemen.
In de Tweede Kamer verzuchtten de woordvoerders van zowel de oppositie- als de coalitiepartijen dat het inhoudelijk niet verantwoord is én eigenlijk ook niet nodig is om elf wetsvoorstellen tegelijkertijd te behandelen. Daarnaast jaagde het kabinet de Eerste Kamer tegen zich in het harnas door een motie te negeren die opriep om de btw-verhoging separaat te behandelen. Het Belastingplan 2025 belooft een politiek spektakel te worden, waarbij het mogelijk is dat de Eerste Kamer voor het eerst een Belastingplan wegstemt.
Ieder jaar geven de Tweede en Eerste Kamer aan dat het kabinet de fiscale wetgeving meer moet spreiden, waardoor niet alle wetsvoorstellen tegelijkertijd behandeld hoeven worden. Ook dit jaar geven de Kamerleden aan dat er onvoldoende tijd is om de fiscale plannen goed te doorgronden en te bespreken. De oppositiepartijen zijn daarnaast geïrriteerd over de wijze waarop het kabinet – en de coalitiepartijen – hun plannen ‘erdoorheen duwen’. Allereerst hebben voorstellen met budgettaire implicaties de steun van de gehele coalitie nodig, wat praktisch onmogelijk blijkt. Ook verdenkt de oppositie het kabinet ervan alle plannen in het Belastingplan ‘te prakken’ zodat de oppositie moeilijker tegen kan stemmen.
Btw-verhoging
In de eerste termijn van het wetgevingsoverleg Belastingplan 2025 in de Tweede Kamer werden ontzettend veel vragen gesteld over de fiscale plannen voor komend jaar. Politiek gezien is de verhoging van de btw op cultuur, horeca en sport het moeilijkste dossier. In de afgelopen weken hebben deze sectoren hun lobby geïntensiveerd, in de hoop deze verhoging alsnog van tafel te krijgen. Daarbij worden ze gesteund door de gehele oppositie, die sinds de Algemene Politieke Beschouwingen de coalitiepartijen proberen te overtuigen deze voorstellen te schrappen. Het nieuwste argument dat daarvoor is aangevoerd, is het ontbreken van inzicht in de mogelijk verstrekkende gevolgen van de btw-verhoging.
De oppositie is van mening dat het kabinet de impact van de btw-verhoging onderschat omdat er in de onderbouwing niet goed is gekeken naar de prijselasticiteit. Daarom roepen ze het kabinet op om een second opinion te vragen ten aanzien van de impact. Tegelijkertijd blijft de oppositie voorstellen voor alternatieve dekking aandragen. In dat licht was de aandacht voor ondoelmatige fiscale regelingen tijdens het wetgevingsoverleg zeer interessant. Maatoug (GL-PvdA) en Teunissen (PvdD) wezen de coalitiepartijen erop dat het afschaffen van de landbouwvrijstelling, die steevast als ondoelmatig en ondoeltreffend wordt geëvalueerd, evenveel geld zou opleveren als de btw-verhoging.
Parlementair
Het kabinet lijkt vooralsnog niet van plan om tegemoet te komen aan de wensen van de oppositie ten aanzien van de btw-verhoging. Dit roept twee vragen op. Enerzijds of de oppositiepartijen, die een meerderheid hebben in de Eerste Kamer, bereid zijn om tegen het Belastingplan te stemmen. Dit is nog nooit eerder gebeurd. Maar in het Belastingplan 2025 staan geen plannen waarover de (linkse) oppositie echt enthousiast is, waardoor het politiek gezien geen slecht moment is om dit kabinet een ‘rode kaart’ te geven. Tegelijkertijd kan de Eerste Kamer nu een einde maken aan de kunstmatige koppeling van verschillende wetsvoorstellen.
Het zal de komende maanden zowel politiek als fiscaal inhoudelijk spannend blijven. De Tweede Kamer zal op 4 november het wetgevingsoverleg voortzetten, waarbij de bewindspersonen alle gestelde vragen zullen beantwoorden. In de week van 12 november wordt er plenair gedebatteerd over het Belastingplan en in december zal de Eerste Kamer zich over het pakket buigen. Het zal dan blijken wiens ruggengraat sterker zal zijn: die van het kabinet of die van de oppositiepartijen in de Eerste Kamer.
Informatiesoort: Parlementair
Rubriek: Belastingrecht algemeen, Omzetbelasting