Tegenstrijdige economische en politieke belangen maken de verbruiksbelasting op non-alcoholische dranken een complexe politieke puzzel.
De Tweede Kamer wil dat er binnen deze ‘suikerbelasting’ verschillende tarieven komen voor verschillende type dranken op basis van het suikergehalte. Het is echter nog niet duidelijk hoe deze gedifferentieerde verbruiksbelasting eruit moet gaan zien. Daarbij zal er gekozen worden over het wel/niet vrijstellen van bepaalde dranken voor deze belasting, en welke tarieven er voor de andere categorieën dranken gelden. Het is de vraag welke economische belangen de politiek zwaarder laat wegen en of het ophalen van voldoende belastinginkomsten zwaarder weegt dan een gezondere samenleving.
Afgelopen voorjaar heeft het demissionaire kabinet-Rutte IV een vijftal mogelijke scenario’s voor een gedifferentieerde verbruiksbelasting op non-alcoholische dranken gepresenteerd. Deze verschillende scenario’s hebben verschillende grondslagen, tarieven en uitzonderingen. Het demissionaire kabinet heeft vervolgens alle belanghebbenden uitgenodigd om op deze scenario’s te reageren. Daarbij wilde de overheid onder andere weten of belanghebbenden vonden dat er onderscheid tussen natuurlijke en toegevoegde suikers gemaakt moet worden binnen de verbruiksbelasting en welk scenario daarbij de voorkeur heeft. De grote hoeveelheid reacties vanuit gezondheidsexperts en bedrijven tonen hoe groot – en tegenstrijdig – de verschillende belangen zijn op dit dossier.
Budgetneutraliteit
De reacties vanuit gezondheidsexperts en -wetenschappers zijn helder en eensgezind. Het is verstandig de verbruiksbelasting op alcoholvrije dranken te baseren op het suikergehalte. In hun ogen worden producten die veel suiker bevatten op die manier minder aantrekkelijk gemaakt. Ook zullen fabrikanten hierdoor sneller het suikergehalte in hun producten verlagen. Daarbij geeft het overgrote deel van de experts aan dat er hierbij geen onderscheid gemaakt zou moeten worden tussen toegevoegde en natuurlijke suikers. De bron van de suikers maakt voor het lichaam immers niets uit. In dit licht hebben de gezondheidsexperts de voorkeur voor een beleidsoptie die zo min mogelijk suikerhoudende producten uitzondert.
De bedrijven en hun brancheorganisaties focussen in hun reacties op twee inhoudelijke punten. Allereerst benadrukken ze dat het onwenselijk is om de differentiatie in de verbruiksbelasting op niet-alcoholische dranken budgetneutraal door te voeren. Als producenten het suikergehalte verlagen of minder suikerhoudende dranken op de markt brengen dan zou de opbrengst van deze belasting moeten afnemen. Dit betekent dat de belasting (fors) omhoog zal gaan voor dranken waarin veel (natuurlijke) suikers aanwezig zijn. Daarnaast benadrukken alle bedrijven en sectoren het belang en perspectief van hun eigen producten en geven ze verschillende argumenten voor het uitzonderen of onder een lager tarief belasten van deze producten.
Parlementair
In de media is er momenteel veel aandacht voor de gezondheidseffecten van teveel suikers en de bijdrage die een suikerbelasting kan leveren aan een gezondere samenleving. Dit perspectief klinkt nog beperkt door in het politieke debat. De Tweede en Eerste Kamer hebben herhaaldelijk aandacht gevraagd voor de verschillende economische belangen. Denk daarbij aan het verzoek vanuit de BBB om de producenten van (verse) vruchtensappen te ontzien en het pleidooi vanuit de PvdD om zuivel van plantaardige oorsprong uit te zonderen. Een motie van Van Eijk (VVD) en Grinwis (CU) om alleen toegevoegde suikers te belasten werd door de Tweede Kamer verworpen.
Op dit moment heeft het kabinet noch het parlement een keuze gemaakt voor welke type dranken niet of lager belast zouden moeten worden. De wens om deze wijziging budgetneutraal te realiseren, maakt de invoer van een gedifferentieerde verbruiksbelasting op non-alcoholische dranken een ingewikkelde keuze tussen verschillende economische en budgettaire belangen. In dit licht kan het voorstel dat enkele bedrijven deden om de grondslag te verbreden naar alle suikerhoudende producten een interessante oplossing zijn. Deze beleidsoptie werd afgelopen jaar door fiscaal recht studenten van de Universiteit van Amsterdam uitgewerkt (zie WFR 2024/185). Het CDA overweegt nog steeds om met een initiatiefwet voor een brede suikerbelasting op alle voedingsmiddelen te komen.
Informatiesoort: Parlementair
Rubriek: Accijns en verbruiksbelastingen