In deze bijdrage ga ik in op het andere aspect uit het wetsvoorstel dat maatschappelijke organisaties tot transparantie verplicht: de verplichting voor maatschappelijke organisaties (stichtingen, verenigingen, waaronder religieuze en levensbeschouwelijke organisaties) om donaties van meer dan € 15.000 openbaar te maken
Op 21 december 2018 verscheen een conceptwetsvoorstel dat maatschappelijke organisaties tot transparantie verplicht. Robert Franken (zie V-N 2019/7.0) heeft de voorgestelde financiële publicatieplicht voor alle stichtingen uiteengezet. In deze bijdrage ga ik in op het andere aspect uit het wetsvoorstel: de verplichting voor maatschappelijke organisaties (stichtingen, verenigingen, waaronder religieuze en levensbeschouwelijke organisaties) om donaties van meer dan € 15.000 openbaar te maken. Dit wetsvoorstel komt voort uit het regeerakkoord en beoogt te voorkomen dat vanuit het buitenland onwenselijke invloed wordt ‘gekocht’ door middel van geldstromen naar politieke, maatschappelijke en religieuze organisaties. Politieke partijen zijn al verplicht hun donaties bekend te maken en vallen niet onder deze nieuwe wet.
Maatschappelijke organisaties moeten een donatieoverzicht op hun website publiceren, waarin zij vermelden van wie (personen en rechtspersonen) zij in het afgelopen boekjaar een donatie hebben ontvangen van meer dan € 15.000. De naam en woonplaats of zetel van de donateur moet worden gemeld alsmede het bedrag en donatiedatum. Onder donatie verstaat de wet: ‘geldelijke bijdrage, anders dan een subsidie, alsmede een bijdrage in natura’. Uit de toelichting blijkt dat het gaat om schenkingen in geld of natura (art. 7:175 BW), giften (art. 7:186 lid 2 BW) en verkrijgingen door een uiterste wilsbeschikking (art. 4:42 BW e.v).
Er zijn diverse kritische kanttekeningen te plaatsen bij het wetsvoorstel. De belangrijkste kanttekening is ongetwijfeld de inbreuk op privacy van de donateurs. Op grond van de AVG is het publiceren van persoonsgegevens aan strikte regels gebonden. In de toelichting staat dat schending van deze regels wordt gerechtvaardigd wordt een zwaarwegend algemeen belang. Een uiteenzetting van het aantal donaties aan maatschappelijke organisaties dat meer dan € 15.000 bedraagt en hoeveel daarvan tot ongewenste invloed leiden, ontbreekt echter. Wel worden nu ruim 350.000 organisaties verplicht donaties boven dit bedrag publiekelijk bekend te maken. Waarom publiekelijk? Wil men de ‘klik’-lijn uitbreiden? Bovendien kun je ongewenste invloed niet afleiden uit een donatie. Mijns inziens is een meldingsplicht aan de Belastingdienst of andere toezichthoudende instanties die vervolgens gericht onderzoek kunnen (laten) instellen, meer geschikt.
Het gevolg van de voorgestelde transparantie is dat goedwillende donateurs niet of een lager bedrag doneren. Dit blijkt ook uit de reacties op de internetconsultatie. Ook de schenker die zich voor vijf jaren heeft verplicht tot een jaarlijkse schenking van € 5.000 blijft vermoedelijk niet anoniem. De schenkingsovereenkomst is immers in het eerste jaar aangegaan en de contante waarde van de schenking is meer dan € 15.000. Niet iedere particuliere schenker zal hiervan op de hoogte zijn.
Subsidies daarentegen hoeven niet te worden gemeld. Mijn gevoel hierbij is tweeledig. Waarom wel publiekelijke transparantie voor financiële bijdragen van burgers, maar niet als deze van de overheid komen? Daarnaast vraag ik mij af of dit ook geldt voor vanuit het buitenland ontvangen overheidssubsidies? Als maatschappelijke organisaties verplicht worden een donatieoverzicht op te stellen, moet dat mijns inziens inclusief ontvangen subsidies en vermelding van de naam van het ministerie en het land dat de subsidie heeft verstrekt. Kortom, bij dit wetsvoorstel slaat de balans tussen invloed en transparantie naar mijn mening volledig naar de verkeerde kant door.
Informatiesoort: Uitvergroot
Rubriek: Jaarrekening, Financiële administratie