Soms was het vroeger echt beter. Toen stond op een brief van de Belastingdienst de naam en het telefoonnummer vermeld van de persoon die jouw zaak behandelde. Die kon je bellen.

Dit wordt nu gemist, blijkt uit het in opdracht van de inspectie BTD uitgevoerde onderzoek door Ipsos I&O.1 Voor jurisprudentielezers die regelmatig verzuchten ‘waarom moest de rechter dit oplossen’ een voorspelbare uitkomst. Door opeenvolgende taakstellingen is de mogelijkheid van contact met de fiscus over individuele kwesties echter zeer fors afgebouwd. Het heeft geleid tot een focus op processen. Op zichzelf niets mis mee, maar rechtmatig- en rechtvaardigheid moeten leidend blijven: stelt belanghebbende bepaalde omstandigheden, dan moeten die worden gewogen. De situaties van het negeren van persoonlijke omstandigheden, zoals eerder bij verzuimboetes, en van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn te talrijk. Incomplete procesdossiers en het met regelmaat opeisen van complete mail-inboxen door belastingambtenaren zijn ook niet fraai. Incidenten of niet, het zijn concrete gevallen. Dat dit de compliance geen goed doet, is evident. De noodkreten van Tweede Kamerlid Inge van Dijk (CDA) over het meer zichtbaar maken van rechten van belastingplichtigen (Kamerstukken II 2023/24, 36502, nr. 2, V-N Vandaag 2024/1391) en het voorkomen van
onnodig doorprocederen (Kamerstukken II 2023/24, 31066, nr. 1371, V-N 2024/21.17), zijn herkenbaar.

Het is ook veelzeggend dat de rechter steeds vaker ingrijpt als de overheid beter had moeten communiceren (Rb. Amsterdam 22 augustus 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:5014 over ‘begeleiding in de bewijslast’ en draagkrachtig motiveren) en motiveren (Rb. Noord-Nederland 20 augustus 2024, ECLI:NL:RBNNE:2024:3247). De rechter is niet anders gaan oordelen, individuele rechtsbedeling komt vaker in de knel en burgers accepteren dit minder. Het is dan begrijpelijk dat ondernemers het frustrerend vinden dat niet direct met de behandelaar bij de Belastingdienst kan worden gesproken. En vanzelfsprekend raakt het je als je weet dat een klein aantal grote ondernemingen en intermediairs met een (fiscale) relatiebeheerder dit wel kunnen. Het experiment met videobellen lijkt nog kleinschalig, en niet voor specifieke ondernemingsaangelegenheden.

Het wetsvoorstel Versterking waarborgfunctie Awb moet verbetering brengen. Maar sommige afhoudende reacties lijken vanuit procesbeheersing geschreven. Het doemscenario dat alle bulkbeslissingen maatwerkbeslissingen zouden worden is onjuist. Ondernemers willen overleg bij ‘afwijkende situaties’, niet bij bulksituaties. Ik mis hiervoor begrip. De VNG wil geen wet, en pleit voor een cultuurverandering. Maar elk wetsvoorstel roept vragen op.2 En elke wet moet uitkristalliseren, met een belangrijke rol voor de rechter. Maar het is volstrekt onder de Awb-maat als armlastige minderjarige schoolgaande ouders hun toeslag bij de Raad van State moeten halen.3

Het staat inmiddels onomstotelijk vast dat de rechtsbedeling echt beter moet. De Awb stelt het vinden van de materiële waarheid centraal. Om dit handen en voeten te geven, moet de overheid, c.q. de fiscus, weer inzetten op professioneel contact.

-----------------

  1. 'Ondernemers over de Belastingdienst: meer maatwerk bij afwijkende situaties', Ipsos I&O Publiek (ipsospubliek.nl)
  2. J.D. Baron & E. Poelmann, ’Hoe zal de beoogde wijziging van art. 3:4 lid 2 Awb uitwerken in de fiscale aangiftepraktijk?’, TFB 2023/26 en F. Belhaj, ’Het dienstbaarheidsbeginsel: de weg naar meer maatwerk en een responsievere overheid?’, TFB 2023/12.
  3. ABRvS 28 augustus 2024, ECLI:NL:RVS:2024:3497 .

Informatiesoort: Uitvergroot

Rubriek: Belastingrecht algemeen

67

Gerelateerde artikelen