Thil van Kempen gaat in op het initiatief om het wetsvoorstel personenvennootschappen nieuw leven in te blazen.

Wetsvoorstel Titel 7.13 BW inzake de personenvennootschap werd in 2011, negen jaar na indiening, ingetrokken. Het belangrijkste aspect van het wetsvoorstel was de introductie van de openbare personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid. Kenmerkend voor een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid is dat de eigendom van het vennootschapsvermogen niet aan de vennoten gezamenlijk toebehoort in een goederengemeenschap, maar aan de vennootschap zelf. Dat biedt als voordeel dat bij wisseling van vennoten geen aandeel in de afzonderlijke bestanddelen van het vennootschapsvermogen hoeft te worden geleverd en geen overdrachtsbelasting is verschuldigd ter zake van onroerende zaken die tot het vennootschapsvermogen behoren. Het vennootschapsvermogen blijft dan aan de vennootschap zelf toebehoren.
 
Het wetsvoorstel was echter zodanig complex vormgegeven dat de praktijk er niet mee uit de voeten kon. In 2008 werd in een brandbrief van VNO-NCW en MKB Nederland al gewezen op de extra administratieve lasten en kosten waartoe het wetsvoorstel leidde. Deze zouden onder andere worden veroorzaakt door de complexiteit van het wetsvoorstel, de hoeveelheid dwingendrechtelijke regels en de voorgeschreven tussenkomst van de notaris om rechtspersoonlijkheid voor de
personenvennootschap te verwerven. De hoeveelheid kritiek was aanleiding voor de Minister van Veiligheid en Justitie om het wetsvoorstel, dat al jaren eerder was aangenomen door de Tweede Kamer, in te trekken. Daarmee leek ook het voor de civiele en fiscale praktijk op zich aantrekkelijke fenomeen van de personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid van de baan.
 
Een breed samengestelde werkgroep probeert inmiddels te bereiken dat de bestaande wetgeving inzake de maatschap, vof en cv, die dateert uit 1838, alsnog grondig wordt gemoderniseerd en het idee van de personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid nieuw leven wordt ingeblazen. De werkgroep heeft onlangs het rapport Modernisering personenvennootschappen uitgebracht, voorzien van een mogelijk nieuwe wettekst met toelichting. In het rapport wordt onder andere voorgesteld
dat openbare personenvennootschappen ten gevolge van de enkele inschrijving in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel rechtspersoonlijkheid verwerven. Een notariële akte is als extra waarborg niet nodig, aangezien vennoten conform het huidige systeem aansprakelijk zijn voor de verbintenissen van de personenvennootschap. Minister Van der Steur heeft aangegeven het rapport te betrekken bij de nota Vernieuwing ondernemingsrecht die naar verwachting binnenkort
naar de Tweede Kamer gaat.
 
Voor de fiscale praktijk is het te hopen dat dit initiatief voet aan de grond krijgt. De openbare personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid zal namelijk weliswaar de fiscale transparantie voor de inkomsten- en vennootschapsbelasting behouden, maar tegelijkertijd verkrijger zijn voor de overdrachtsbelasting. Dit betekent dat, afgezien van de toepassing van art. 4 WBR, bij toetreding, uittreding en wisseling van vennoten geen overdrachtsbelasting wordt geheven, omdat de vennootschap eigenaar van de tot het vennootschapsvermogen behoren onroerende zaken blijft.
 
Aan de andere kant blijft de toegang tot de ondernemersfaciliteiten in de inkomstenbelasting gehandhaafd en blijft ook gewaarborgd dat de vennoten hun aandeel in eventuele verliezen van de vennootschap kunnen verrekenen met eigen inkomsten of resultaten.

 

Informatiesoort: Uitvergroot

Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer, Ondernemingsrecht

22

Gerelateerde artikelen