Ik kan deze stelling zeker ondersteunen vanuit mijn ervaring om de factuurvariant tijdig te implementeren. Hierbij werkten al 12 verschillende Belastingdienstonderdelen met elkaar samen om dit te realiseren. Veel raakvlakken noemen ze dat. De complexiteit zit, denk ik, echter niet alleen in het uitvoeringsapparaat zelf. Zo wijst de OESO op een aantal ontwikkelingen die belastingdiensten raken, zoals technologische ontwikkelingen, een veranderend medewerkersbestand, een mondiger en kritischer burger en internationale samenwerking. Overigens blijkt uit een publicatie van de OESO (Tax Administration 2019) dat een aantal buitenlandse belastingdiensten erin slaagt delen van hun werkzaamheden uit te besteden. Aan de andere kant stelt diezelfde OESO dan ook weer dat extra taken wel succesvol kunnen worden uitgevoerd, mits een goede governance, risk management en adequate resourcing aanwezig. We kunnen van de OESO echt alle kanten op.

Wat ik bij lezing van het advies specifiek aan u als lezer kwijt wilde, zijn de zonnepanelen. Sinds het Fuchs-arrest mogen we ons namelijk verheugen op een enorme toename van het aantal geregistreerde BTW-zonnepaneleneigenaren. Deze fiscale free-riders slagen er als pseudo-ondernemer in BTW-aftrek te krijgen zonder € 1 belaste (of 0%) omzet te factureren. Een anomalie in de BTW. De Belastingdienst acteert op dit punt als uitvoerder van wat ik ‘zontoeslag’ noem. De Belastingdienst wil de ‘zontoeslag’ natuurlijk zo snel, eenvoudig en fraudebestendig uitvoeren om goed aan te sluiten bij de verwachtingen die de burger heeft van een goed functionerende Belastingdienst. Ik weet zeker dat dit helaas niet helemaal lukt, doordat moet worden gewerkt met oude systemen, het proces niet volledig is gedigitaliseerd, om nog maar niet te spreken over de gevolgen van opgelegde verzuimboeten. De Belastingdienst, de uitvoeringsbeleidmaker (ook gewoon Belastingdienst) en (zij het in mindere mate) de lagere wetgever doen hun best om de zontoeslagwerkstroom te mitigeren, maar het blijft knellen. Denk hierbij onder meer aan de maatregel van een unieke € 500 herzieningsgrens die fiscaal faciliteert dat de zonnepaneelhouder de (nieuwe) KOR kan instappen zonder BTW terug te betalen, de weigering van de BTW-aftrek op nieuwbouwkosten en daken (zie het WOB-verzoek in V-N 2020/5.18) en een vraag-en-antwoordpublicatie die niet de koninklijke weg van een beleidsbesluit heeft bewandeld, waarin als voorwaarde voor toepassing van een forfait is aangegeven dat geen BTW in rekening wordt gebracht. Het zou mijns inziens beter zijn als deze en andere micro-ondernemers een verplichte registratiedrempel zouden hebben en er bijvoorbeeld een goede subsidieregeling voor zonnepanelen zou zijn. Of er moet extra geld worden gevonden voor een aparte IT-voorziening voor dit zontoeslagproces of de Belastingdienst moet de zontoeslag kunnen uitbesteden (grapje).