Bart van Huijgevoort vraagt zich af wanneer er sprake is van een zeer gering financieel belang. Hij geeft de voorkeur aan een absolute grens.
In het arrest van 29 november 2013, nr. 12/04301, BNB 2014/5, V-N 2013/60.3, oordeelde de Hoge Raad dat bij een zeer gering financieel belang geen aanleiding bestaat om uit te gaan van de veronderstelling dat de lange duur van de procedure spanning en frustratie bij de belastingplichtige heeft veroorzaakt. Daarom kan, in plaats van toekenning van een immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn, worden volstaan met de constatering dat de redelijke termijn is overschreden. Dit is herhaald in het overzichtsarrest van 19 februari 2016, nr. 14/03907, V-N 2016/13.4, r.o 3.9.6. en TaxVisions editie 26 februari 2016.
Maar wat moet nu precies worden verstaan onder een zeer gering financieel belang? Dient dit absoluut of relatief te worden benaderd? Voor een multinational is € 10.000 een zeer gering financieel belang, voor de meeste stervelingen ligt dit anders. Eenvoud heeft mijn voorkeur, dus kies ik voor een absoluut bedrag. In het eerstgenoemde arrest verwijst de Hoge Raad naar een uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State van 26 maart 2008, nr. 200705993/1, waarin het ging om een bedrag van € 11,34 aan leges. De Afdeling kende geen immateriële schadevergoeding toe vanwege ‘zeer gering financieel belang'.
De jurisprudentie met betrekking tot de overschrijding van de redelijke termijn in boetezaken lijkt mij op dit punt geen uitsluitsel te geven, omdat een boete van € 999 geen zeer gering financieel belang is (vgl. HR 19 december 2008, nr. 42763, BNB 2009/201, V-N 2008/62.7). In jurisprudentie van feitenrechters zijn bedragen van € 6 tot € 54,30 gekwalificeerd als zeer gering (onder andere Hof Den Haag 26 augustus 2015, nrs. BK-14/01424 en BK-14/01425, V-N Vandaag 2015/1910 en Rechtbank Noord-Holland 2 januari 2014, nr. HAA 11/3120, V-N 2014/13.22.3). De grens ligt wat mij betreft op € 50; voor lagere bedragen is er sprake van een zeer gering financieel belang.
Opgepast nog! Voor de bepaling van de omvang van het belang moet er rekening mee worden gehouden dat een beschikking/aanslag van belang kan zijn voor meerdere belastingen, bijvoorbeeld de WOZ-beschikking voor de onroerendezaakbelastingen, de inkomstenbelasting en de schenk- en erfbelasting. Hopelijk gaat de Hoge Raad op korte termijn duidelijkheid scheppen. Ik hoop op een absolute grens van € 50!
Informatiesoort: Uitvergroot
Rubriek: Bronbelasting
36