Op dinsdag 27 juni 2023 is nummer 30 van Vakstudie Nieuws verschenen. In deze aflevering zijn de volgende belangrijke zaken opgenomen:
- Aandeel in VvE-reservefonds behoort tot rendementsgrondslag box 3
De Hoge Raad oordeelt dat, ondanks de wijziging van art. 5:126 lid 1 BW, het VvE-reservefonds nog steeds een vermogensrecht is in de zin van art. 5.3 lid 2 onderdeel f Wet IB 2001. (punt 5) - KG-standpunt: faillissement en toewijzen curator geen gevolgen voor bezitsvereiste fiscale eenheid-VPB
Volgens de Kennisgroep reorganisatiefaciliteiten en fiscale eenheden van de Belastingdienst heeft het verlies van de beheers- en beschikkingsbevoegdheid over het vermogen van de dochtermaatschappij aan de curator geen gevolgen voor het voldoen aan het bezitsvereiste van art. 15 lid 1 Wet VPB 1969. (punt 10) - EU-Raad akkoord met richtlijnvoorstel over cryptoactiva (DAC8)
De Raad van de EU heeft een politiek akkoord bereikt over de wijziging van de richtlijn administratieve samenwerking (2011/16/EU) in verband met de verplichte gegevensuitwisseling voor cryptobezittingen (DAC8). (punt 13) - EC gaat bij beoordeling complexe financieringsstructuur bij Engie volgens A-G HvJ EU uit van onjuist referentiekader
A-G HvJ EU Kokott concludeert dat slechts een kennelijk discriminerende ruling staatssteun kan vormen. Volgens de A-G zijn de EC en het Gerecht ten onrechte van een volledige toetsing uitgegaan, waarbij ook het Luxemburgse recht niet juist lijkt zijn toegepast. (punt 14) - Luxemburgse tax ruling voor Amazon geen staatssteun volgens A-G HvJ EU
A-G HvJ EU Kokott concludeert dat het Gerecht het staatssteunbesluit van de EC betreffende Amazon terecht nietig heeft verklaard. De EC heeft zich op het onjuiste referentiestelsel gebaseerd. Daarnaast blijkt uit de fiscale ruling ook geen kennelijk onjuiste goedkeuring van het bedrag van de royaltybetaling. (punt 15) - KG-standpunt: BOR-SW niet van toepassing bij meerdere schenkingen in één kalenderjaar
Volgens de Kennisgroep successiewet van de Belastingdienst is de bedrijfsopvolgingsregeling in de Successiewet 1956 niet van toepassing bij meerdere schenkingen (waaronder geschonken ondernemingsvermogen) in één kalenderjaar. (punt 16) - Bestuursrechter moet volgens rechtbank differentiëren bij toekenning immateriële schadevergoeding
Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de Nederlandse bestuursrechter moet differentiëren bij de toekenning van een immateriële schadevergoeding bij overschrijding van de redelijke termijn. (punt 22)
Producten: Inhoudsopgave V-N
28