A-G IJzerman is van mening dat het hof zich als belastingrechter onbevoegd had moeten verklaren in het beroep tegen de dwangsombeschikking en de zaak had moeten doorzenden aan de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Aan de heer X is in 2007 een IB-aanslag over 2004 opgelegd. X gaat pas op 30 december 2009 in bezwaar. Op 12 februari 2010 stelt X de inspecteur in gebreke wegens het uitblijven van een beslissing. X eist een dwangsom als het bezwaar niet binnen twee weken wordt afgehandeld. In september 2010 wordt het bezwaar niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding. X heeft hierin berust. In oktober 2010 wordt de aanslag alsnog ambtshalve verminderd. In geschil is of X bij beschikking in dat kader terecht een dwangsom is onthouden. Rechtbank 's-Gravenhage oordeelt dat de weigering terecht is. Hof 's-Gravenhage oordeelt dat de inspecteur het bezwaar van X tegen de beslissing geen dwangsom toe te kennen niet-ontvankelijk had moeten verklaren en verklaart het hoger beroep van X ongegrond. X gaat in cassatie. Advocaat-Generaal IJzerman is van mening dat het hof zich onbevoegd had moeten verklaren en de zaak had moeten doorzenden aan de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Volgens art. 26 AWR kan namelijk slechts beroep worden ingesteld als het gaat om een aanslag of een voor bezwaar vatbare beschikking. De dwangsombeschikking voldoet hier niet aan, zodat de algemene bestuursrechter bevoegd is. De rechtbank heeft zich terecht niet onbevoegd verklaard, aangezien deze ook kan oordelen als algemene bestuursrechter. De A-G concludeert tot gegrondverklaring van het beroep van X en verwijzing naar de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Ten overvloede geeft de A-G aan dat geen dwangsom is verschuldigd als de (onderliggende) aanvraag, zoals in casu het bezwaar tegen de aanslag, kennelijk niet-ontvankelijk is.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Algemene wet inzake rijksbelastingen 26

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)

Editie: 29 maart

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen