Belanghebbende, X bv, houdt zich bezig met managementactiviteiten. Haar directeur-grootaandeelhouder is eind 2010 benoemd tot chief executive officer/bestuursvoorzitter van A nv. X bv heeft over 2011 geen VPB-aangifte gedaan, ondanks de uitnodiging, herinnering en aanmaning daartoe. In geschil is of terecht een ambtshalve aanslag is opgelegd, die in de bezwaarfase - na overlegging van de concept-jaarrekening 2011 - is verlaagd naar een belastbaar bedrag van € 140.527. In beroep stelt X bv onder verwijzing vaan een herziene concept-jaarrekening dat de aanslag nog steeds te hoog is. In maart 2016 wil X bv tijdens de zitting de definitieve jaarrekening overleggen.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat een redelijke afweging van de belangen van partijen en het proceseconomische belang van een spoedige voortgang meebrengt dat het verzoek van X bv tardief moet worden verklaard. X bv is eerder namelijk ruimschoots in de gelegenheid geweest nadere stukken in te dienen. Aangezien X bv niet de vereiste aangifte heeft gedaan, wordt de bewijslast omgekeerd en verzwaard. Met de verwijzing naar de concept-jaarrekeningen slaagt X bv niet in het op haar rustende zware bewijs. De concepten zijn slechts voorlopige versies en zonder accountantsverklaring. X bv kan daarmee dus niet aantonen dat haar weergave van de feiten juist is. De aanslag is voorts gebaseerd op een redelijke schatting en de verzuimboete van € 2.460 is ook terecht. Het beroep van X bv is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:58
Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Vennootschapsbelasting
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 4 juli