Bij de behandeling van het pakket Belastingplan 2021 zijn verschillende moties ingediend. De volgende moties zijn op 12 november 2020 aangenomen. Hierin wordt de regering verzocht: 

• om in overleg met de betrokken sectoren onderzoek te doen naar concrete beleidsvoorstellen om, zowel fiscaal als niet-fiscaal, investeringen aan te jagen en ondernemerschap en innovatie te versterken (35572, nr. 47);
• een nadere studie te doen hoe de micro-effecten van fiscaal beleid, bijvoorbeeld op de autobelastingen, beter meegenomen kunnen worden in de rapportage en besluitvorming; om in de (fiscale) beleidsvoorbereiding ook standaard te kijken naar het effect op de verjonging van het wagenpark (35572, nr. 48);
• verdere 'quick fixes', in afwachting van het afschaffen van het toeslagenstelsel, te onderzoeken en daar waar mogelijk door te voeren om schrijnende situaties en terugvorderingen te voorkomen, zoals bijvoorbeeld bij studenten die na hun studie aan een eerste baan beginnen (35572, nr. 49);
• om parallel aan de herijkingsmomenten van de C02-heffing te monitoren in hoeverre, mede door gerichte inzet van publieke middelen, voldoende voortgang wordt geboekt met de realisatie van in het meerjarenprogramma voorziene infrastructuur, en, waar dat niet het geval is, hier zo nodig flankerend beleid op vorm te geven (35572, nr. 50);
• om te regelen dat alle promovendi recht kunnen krijgen op kinderopvangtoeslag, indien zij dat nodig hebben (35572, nr. 52);
• bij informatieverzoeken na afloop van het toeslagjaar een termijn van vier weken te hanteren, zodat toeslaggerechtigden voldoende tijd hebben om aan het informatieverzoek van de Belastingdienst te voldoen (35572, nr. 53);
• met een stevige Europese kopgroep met in ieder geval Duitsland en België een initiatief te nemen om walstroom gefaseerd te verplichten in Europese havens (35572, nr. 54);
• de voorkeur voor een Europese ETS oplossing te bevestigen en scenario's uit te werken waarin met Europese regelgeving de Nederlandse doelstellingen ook kunnen worden behaald, inclusief het onder ETS waarderen van scope 2 en scope 3 emissies, zodanig dat een gelijk speelveld wordt gecreëerd en uiteindelijk een binnenlandse heffing overbodig kan worden (35572, nr. 55);
• de toepassing van de scholingsvrijstelling voor opleidingen in het STAP-register in aanloop naar 1 januari 2022 zoveel mogelijk voor te bereiden zodat de scholingsvrijstelling voor individuele leerrekeningen ook kan worden gebruikt bij een nieuwe werkgever (35572, nr. 59);
• om in de (fiscale) beleidsvoorbereiding ook standaard te kijken naar het effect op de vermogensongelijkheid (35572, nr. 60);
• voortaan relevante neveneffecten van belastingmaatregelen in kaart te brengen en te beargumenteren waarom ervoor is gekozen neveneffecten wel of niet te compenseren (35572, nr. 62);
• onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor een nationale heffing op nieuw plastic (en/of plastics met een te klein percentage recyclaat) (35572, nr. 65);
• de commissie draagkracht te vragen ook de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting te betrekken bij haar werkzaamheden (35572, nr. 66 gewijzigd);
• een overzicht te verstrekken van de inningskosten en de opbrengsten voor de verschillende belastingsoorten en accijnzen (35572, nr. 69);
• om te onderzoeken of en hoe belastingplichtigen de mogelijkheid kan worden geboden om te kiezen voor een heffing op basis van het werkelijke rendement (35572, nr. 70);
• te onderzoeken wat de gevolgen zijn van de afbouw van de Wet Hillen voor de verschillende groepen in de samenleving (35572, nr. 71);
• om op korte termijn te komen met een plan van aanpak om de fiscaliteit rondom auto's aanzienlijk te versimpelen (35572, nr. 72).