Rechtbank Gelderland oordeelt dat X via economisch eigendom een aanmerkelijk belang houdt in Z bv. De vergoeding van € 65.000, zoals die in 2018 door X is ontvangen, is loon.
X heeft een eenmanszaak. Hij is daarnaast enig bestuurder van een stichting Y. X factureert vanuit zijn eenmanszaak aan Z bv. De stichting Y houdt de aandelen in Z bv. In zijn aangifte IB/PVV 2018 vermeldt X een netto omzet van zijn eenmanszaak van € 65.000. Hij geeft verder aan dat hij een aanmerkelijk belang heeft in Z bv. X stelt dat hij enkel vanwege de APV-regeling van art. 2.14a Wet IB 2001 heeft aangegeven een aanmerkelijk belang in Z bv te hebben. Die toerekening geldt volgens hem niet als aanmerkelijk belang in de zin van hoofdstuk vier van de Wet IB 2001. Volgens de inspecteur heeft X wel een aanmerkelijk belang in Z bv en is de vergoeding van € 65.000 geen winst uit onderneming maar loon uit dienstbetrekking. De inspecteur wijkt daarom af van X' aangifte IB/PVV 2018. In geschil is of de vergoeding van € 65.000, zoals die in 2018 door X is ontvangen, winst uit onderneming is of loon.Rechtbank Gelderland oordeelt dat X via economisch eigendom een aanmerkelijk belang houdt in Z bv. De vergoeding van € 65.000, zoals die in 2018 door X is ontvangen, is loon. Omdat X een aanmerkelijk belang houdt, is art. 2h Uitv. besl. LB 1965 van toepassing. Aan de overige vereisten voor loon is ook voldaan en dus is sprake van loon uit dienstbetrekking. Er is geen sprake van winst uit onderneming, omdat X niet aannemelijk maakt dat de activiteiten in loondienst geacht moeten worden te zijn geabsorbeerd in de ondernemersactiviteiten. Verder bestaat de omzet van de eenmanszaak bijna geheel uit de ontvangen vergoeding van Z bv. Bovendien geldt dat X de aandelen Z bv niet tot zijn ondernemingsvermogen heeft gerekend. Hierdoor kan geen sprake zijn van het opgaan van de werkzaamheden in dienstbetrekking in de ondernemersactiviteiten. X' beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 2.14a
Wet op de loonbelasting 1964 12a
Wet inkomstenbelasting 2001 4.6
Wet inkomstenbelasting 2001 3.8
Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 2h
Instantie: Rechtbank Gelderland
Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting
Editie: 10 januari
Informatiesoort: VN Vandaag