X exploiteert een onderneming in de pluimveesector. X heeft van de RVO een aanslag heffing Diergezondheidsfonds pluimvee 2016 opgelegd gekregen, waartegen X beroep heeft ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Het CBb heeft zich onbevoegd verklaard voor de beoordeling van de hoogte van de aanslag, en het beroep doorgezonden naar Rechtbank Gelderland.
Tijdens de zitting voor Rechtbank Gelderland bevestigt X dat zij de hoogte van de heffing niet bestrijdt, waarna de rechtbank oordeelt dat de aanslag tot op juiste hoogte is opgelegd. X’ financiële situatie is schrijnend. X heeft in meerdere jaren schade geleden door vogelgriep, maar haar schade is niet volledig vergoed. Over een verzoek om toekenning van schade mag de rechtbank geen oordeel geven. De rechtbank verwijst X naar het CBb en de civiele rechter. Ook over het verzoek om de schade te mogen verrekenen met de heffing Diergezondheidsfonds 2016 mag de rechtbank niet oordelen, omdat de RVO het recht op schadevergoeding heeft bestreden.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 15 oktober