Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het bezwaar tegen de VPB-aanslagen 2011 - 2016 niet binnen de bezwaartermijn is ingediend. Het bezwaar is dan ook terecht niet-ontvankelijk verklaard.

X wordt in 1997 opgericht. Volgens de Luxemburgse Kamer van Koophandel heeft X in 2018 drie bestuurders. Sinds eind 2013 bezit X een pand in Nederland. De inspecteur legt VPB-aanslagen op aan X. Omdat deze niet worden betaald, legt de ontvanger executoriaal beslag op het pand. De gemachtigde van X ontkent dat de VPB-aanslagen door X zijn ontvangen.

Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat het bezwaar tegen de VPB-aanslagen 2011 - 2016 niet binnen de bezwaartermijn is ingediend. Het bezwaar is dan ook terecht niet-ontvankelijk verklaard. Van een verschoonbare termijnoverschrijding is geen sprake. Volgens het hof zijn de aanslagen op de voorgeschreven wijze bekendgemaakt. De inspecteur maakt de verzending van de VPB-aanslagen 2011 - 2016 aannemelijk. Uit de door de inspecteur overgelegde gegevens blijkt namelijk dat de VPB-aanslagen ter verzending zijn aangeboden aan PostNL en uit informatie van de Luxemburgse Kamer van Koophandel volgt niet dat X niet langer is gevestigd op het daar vermelde adres.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 6:11

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Informatiesoort: VN Vandaag

Editie: 31 augustus

258

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen