Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de belastingaanslagen niet op de voorgeschreven wijze zijn bekendgemaakt. Ook is niet voldaan aan de strekking van de regels over bekendmaking. Het hof vernietigt de aan X BV opgelegde aanslagen.

A is de dga van belanghebbende, X BV. In 2018 wordt X BV ontbonden (turboliquidatie). Naar aanleiding van een boekenonderzoek legt de inspecteur in 2019 een VPB-navorderingsaanslag 2015 en een OB-naheffingsaanslag 2015-2017 op aan X BV. De inspecteur verzendt de aanslagbiljetten naar het (laatst bekende) vestigingsadres van X BV. B, de ex-partner van A, die is aangewezen als bewaarder van de boeken en bescheiden, maakt bezwaar en gaat vervolgens in (hoger) beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de belastingaanslagen niet op de voorgeschreven wijze zijn bekendgemaakt. Ook is niet voldaan aan de strekking van de regels over bekendmaking. Het hof vernietigt de aan X BV opgelegde aanslagen. De aanslagen zijn niet bekendgemaakt op de bij art. 8 IW 1990 voorgeschreven wijze. De inspecteur heeft namelijk volstaan met de verzending van de aanslagbiljetten naar het laatst bekende adres van X BV. Verder heeft B, de bewaarder van de boeken en bescheiden, geen vertegenwoordigingsbevoegdheid.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Invorderingswet 1990 8

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Invordering

Editie: 14 augustus

Informatiesoort: VN Vandaag

1065

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen