Rechtbank Midden-Nederland doet in een langlopende zaak over een relatief klein bedrag de suggestie aan de invorderingsambtenaar om de zaak te beëindigen door de invordering van de dwangbevelkosten te staken.

X maakt bezwaar tegen de kosten van een hernieuwd bevel tot betaling. Na ontvangst van een ingebrekestelling doet de invorderingsambtenaar uitspraak op bezwaar (ongegrond) zonder X te horen.

Rechtbank Midden-Nederland doet in een langlopende zaak over een relatief klein bedrag de suggestie aan de invorderingsambtenaar om de zaak te beëindigen door de invordering van de dwangbevelkosten te staken. De rechtbank oordeelt dat de invorderingsambtenaar de hoorplicht heeft geschonden doordat hij na de ontvangst van de ingebrekestelling van X te weinig inspanningen heeft verricht om X alsnog te horen. De rechtbank wijst de zaak wegens schending van de hoorplicht terug naar de invorderingsambtenaar en kent een proceskostenvergoeding toe van € 1.787. De rechtbank legt uit dat de kans bestaat dat het bezwaar opnieuw ongegrond wordt verklaard en er daarna opnieuw beroep van X volgt. Mede gelet op de lange duur van de procedure en het relatief geringe financiële belang doet de rechtbank de suggestie aan de invorderingsambtenaar om de zaak te staken.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 7:2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Midden-Nederland

Editie: 3 maart

30

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen