De Hoge Raad oordeelt dat mevrouw X bij de rechtbank heeft verzocht om vergoeding van haar verletkosten. In zijn oordeel over de proceskosten heeft het hof dit dus miskend.

Mevrouw X en haar echtgenoot zijn eigenaren van een monumentale woning. Volgens Hof Den Haag zijn de kosten van € 600 om het parket in bruikbare staat te herstellen aftrekbare onderhoudskosten. De rest van de kosten is niet aftrekbaar. X klaagt in cassatie onder meer dat het hof haar ten onrechte geen proceskostenvergoeding heeft toegekend voor het bijwonen van de zitting in eerste aanleg, zijnde een bedrag van € 164. De Staatssecretaris van Financiën stelt dat hij niet kan vaststellen of X bij de rechtbank door middel van een formulier een verzoek met betrekking tot de verletkosten heeft gedaan.

De Hoge Raad oordeelt dat X bij de rechtbank heeft verzocht om vergoeding van haar verletkosten. In zijn oordeel over de proceskosten heeft het hof dit dus miskend. Onder de gedingstukken van het hof bevindt zich namelijk het betreffende formulier proceskosten. X krijgt alsnog de betreffende € 164. Het beroep van X is voor het overige ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Wet inkomstenbelasting 2001 6.31

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Hoge Raad

Editie: 8 juni

11

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen