Rechtbank Zeeland-West-Brabant past omkering en verzwaring van de bewijslast ambtshalve toe, omdat deze sanctie een regeling van openbare orde is. Het maakt dus niet uit dat de inspecteur zich hier niet op heeft beroepen.
X vermeldt in haar aangifte inkomsten uit dienstbetrekking van in totaal € 4.644 en een UWV-uitkering van € 4.317. In geschil is of de inspecteur op basis van een renseignement terecht € 10.010 heeft bijgeteld als resultaat uit overige werkzaamheden, voor wat X in dat jaar heeft verdiend als hulp in de huishouding. X stelt dat het winst uit onderneming is.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant past omkering en verzwaring van de bewijslast ambtshalve toe, omdat deze sanctie een regeling van openbare orde is (vgl. Hof Arnhem-Leeuwarden 17 november 2020, 20/00001, V-N 2021/9.1.2). Het maakt dus niet uit dat de inspecteur zich hier niet op heeft beroepen. De verzwegen inkomsten zijn hoger dan wat X heeft aangegeven, zodat X zich ervan bewust moet zijn geweest dat een aanzienlijk bedrag aan verschuldigde belasting niet zou worden geheven. X heeft niet doen blijken dat de kwalificatie als resultaat uit overige werkzaamheden onjuist is. Haar beroepen zijn uitsluitend gegrond, omdat de inspecteur erkent dat in de uitspraak op bezwaar een rekenfout is gemaakt. De proceskostenvergoeding van € 1.674 wordt aan X' gemachtigde uitbetaald, omdat X procedeert op basis van een toevoeging.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 27e
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 21 april