Hof Den Haag oordeelt dat de aanslagen IB naar de juiste bedragen zijn vastgesteld en dat de verzuimboetes terecht zijn opgelegd aan een manager van muziekfestijnen. Een zekere grofheid bij een schatting was niet te vermijden omdat X elke medewerking had ontzegd om informatie te vergaren.

Belanghebbende, X, is ondernemer. Hij organiseert multiculturele feesten en bijeenkomsten waarbij artiesten optreden en exploiteert muziek- en geluidsapparatuur. In 2009 verwerft X ook via een uitzendbureau looninkomsten. Als de inspecteur na herhaald verzoek tot het doen van aangifte van X geen aangiften ontvangt, legt hij X over 2009 en 2010 aangiften inkomstenbelasting op naar geschatte belastbare inkomens van € 50.000, met verzuimboeten van € 226.

Hof Den Haag oordeelt eerst dat de bewijslast terecht is omgekeerd. Het Hof oordeelt vervolgens dat X niet heeft aangetoond dat de uitspraak op bezwaar onjuist was en vindt de schattingen van de inspecteur ook redelijk. Hierbij speelt mee dat X geweigerd heeft om mee te werken aan een boekenonderzoek zodat een zekere grofheid bij de schatting niet kon worden vermeden. De inspecteur had de schattingen onderbouwd met uitkomsten van een derdenonderzoek. Het Hof vindt tot slot ook de boeten passend en geboden. Het hof verklaart het beroep van X in navolging van rechtbank Den Haag ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet inzake rijksbelastingen 27e

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingrecht algemeen

Instantie: Hof Den Haag

Editie: 22 oktober

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen