X bv krijgt, met dagtekening 25 april 2007, een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd over het jaar 2003. Deze naheffingsaanslag wordt op 12 september 2008 ambtshalve verminderd. Op 20 oktober 2008 maakt X bv bezwaar. De inspecteur verklaart het bezwaar niet-ontvankelijk. X bv komt in beroep en stelt dat de ambtshalve beschikking voor bezwaar vatbaar is omdat zij vermeldt dat het een ‘uitspraak op bezwaar' betreft. De brief van 20 oktober 2008 moet volgens X bv als een daartegen (tijdig) gemaakt bezwaar worden aangemerkt. Volgens de inspecteur is de vermelding ‘uitspraak op bezwaar' het gevolg van een systeemfout. Uit de inhoud van de brief blijkt echter duidelijk dat het een ambtshalve vermindering betreft zodat hier sprake is van een kennelijke misslag. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond. X bv komt in hoger beroep. Hof Amsterdam is, in navolging van de rechtbank, van mening dat de systeemfout niet meebrengt dat een ambtshalve vermindering, waartegen geen bezwaar mogelijk is, geconverteerd wordt in een voor bezwaar vatbare beschikking. Het wettelijke systeem, dat als een gesloten systeem van rechtsbescherming is bedoeld, prevaleert boven een kennelijke misslag waarvan hier sprake is. Uit de inhoud van de brief van de inspecteur blijkt duidelijk dat het een ambtshalve beoordeling betreft. Het hoger beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:9
Algemene wet bestuursrecht 6:7