Het ministerie van Financiën heeft ongeveer zeventig zzp'ers in dienst kunnen nemen die zich bezighielden met de afhandeling van de toeslagenaffaire. Dat zegt staatssecretaris Sandra Palmen (Toeslagen) na afloop van de ministerraad.

Voormalig SP-leider Lilian Marijnissen is toegetreden tot de raad van toezicht van de Stichting (Gelijk)waardig Herstel (SGH). De stichting, opgericht door prinses Laurentien, helpt ouders die slachtoffer zijn van het toeslagenschandaal.

Het kabinet wil dat mensen die het financieel moeilijk hebben, actief gewezen worden op uitkeringen, toeslagen en andere sociale voorzieningen waar zij recht op hebben. Om dat mogelijk te maken wil minister Eddy van Hijum (Sociale Zaken, NSC) de wet zo aanpassen dat gemeenten en uitkeringsinstanties onderling gegevens mogen uitwisselen. Dit voorstel is vrijdag naar de Raad van State gestuurd voor advies.

Staatssecretaris Palmen-Schlangen van Financiën ziet, in de rechtbankuitspraak waarin € 500.000 toe wordt gekend aan een gedupeerde vader van de toeslagenaffaire, een aanleiding om het proces waarbij adviezen van CWS worden teruggekoppeld aan UHT te evalueren. Dit staat in een reactie op Kamervragen van de leden Wingelaar, Van Vroonhoven en Omtzigt (NSC).

Vanaf 1 januari 2027 krijgt de ontvanger de bevoegdheid om bij beschikking uitstel van betaling en kwijtschelding van belastingschulden te verlenen. Dergelijke beschikkingen worden dan voor bezwaar vatbaar gemaakt.

Met ingang van 1 januari 2026 treedt een deel van de Wet tot wijziging van de Wet verlaging eigen bijdrage huurtoeslag, de Wet op de huurtoeslag en enkele andere wetten ter verbetering van de koopkracht en vereenvoudiging van de regeling (Stb. 2024, 426), in werking.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de aanmaningskosten voor navorderingsaanslagen IB/PVV 2008-2012 terecht in rekening zijn gebracht aan de in het buitenland wonende X en Y. De rechtbank verwerpt het standpunt dat de Nederlandse wet- en regelgeving niet van toepassing is.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de vervolgingskosten van € 10.566 voor een dwangbevel niet disproportioneel zijn. De rechtbank verwerpt het standpunt van X dat de kosten onredelijk hoog zijn en niet in verhouding staan tot de latere betaling.