X is eigenaar van een agrarische bedrijfswoning met aanhorigheden. In geschil is of de gemeente bij het bepalen van de WOZ-waarde voldoende rekening heeft gehouden met de aanwezigheid van asbest.
Rechtbank Noord-Nederland verlaagt de WOZ-waarde van de agrarische bedrijfswoning onder meer in verband met de aanwezigheid van asbest in het dakbeschot. Een potentiële koper zal rekening houden met de aanwezigheid van asbest en de (mogelijke) verplichting tot verwijdering. In ieder geval zal die koper de onzekerheid over de verplichting tot sanering laten meewegen. De rechtbank oordeelt dat X aannemelijk maakt dat er meer asbest aanwezig is dan waar de heffingsambtenaar vanuit is gegaan. De door X berekende waardedruk van € 26.000 is echter te fors. Daarbij overweegt de rechtbank dat de waarde van de woning volgens de taxatiekaart van X per saldo slechts € 5.833 bedraagt. Ook wijst de rechtbank erop, dat het er bij de bepaling van het waardedrukkende effect niet om gaat, tegen welke kosten het asbest kan worden gesaneerd onder gelijktijdige vervanging van het dak(beschot), maar dat daarbij doorslaggevend is hoeveel minder een koper bereid zou zijn te betalen voor het object, in vergelijking met een overigens precies gelijk object zonder asbest in het dakbeschot. De rechtbank verlaagt de waarde van € 317.000 naar € 302.000.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 22 augustus