Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de autorisatie, afwikkeling en reconciliatie van betaaltransacties niet als een betalingsdienst kan worden gezien. De vrijstelling op betalingsdiensten is niet van toepassing.
X verstrekt kredieten en geeft creditcards uit namens VISA. De autorisatie, afwikkeling en reconciliatie van betaaltransacties besteedt X uit aan Fidelity. In 2011 bevestigt de inspecteur dat de diensten op grond van de overeenkomst met de rechtsvoorganger van Fidelity, vrijgesteld zijn van omzetbelasting en dat X geen verlegde omzetbelasting hoeft te voldoen. De inspecteur stelt dat de huidige overeenkomst gesloten met Fidelity onvoldoende vergelijkbaar is met de vorige overeenkomst en legt naheffingsaanslagen op over het tweede kwartaal van 2013 tot en met het jaar 2014. X gaat in beroep. Ter discussie staat de vraag of de diensten van Fidelity het voor de vrijstelling essentiële element vormen om wijzigingen in de juridische en financiële verhoudingen tot stand te brengen.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de handelingen van Fidelity niet het voor de vrijstelling vereiste essentiële element vormen. Zelfs als deze elementen wel aanwezig zouden zijn acht de rechtbank de diensten te veel omvattend om de vrijstelling van toepassing te laten zijn. Aan de standpuntbepaling van de inspecteur kan geen vertrouwen worden ontleend omdat de overeenkomst ondertussen is gewijzigd. Een beroep op het vertrouwensbeginsel, gelijkheidsbeginsel, de meerderheidsregel en het fiscale neutraliteitsbeginsel faalt. Het beroep is ongegrond.
Lees ook het thema Diverse btw-vrijstellingen onder de loep
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 11
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Omzetbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 12 november