De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) heeft aan de Minister voor Wonen en Rijksdienst informatie verstrekt over het aantal mensen dat blijft zitten met een restschuld na verkoop van hun woning. Ter voorkoming van zo'n restschuld heeft het kabinet diverse maatregelen genomen.

Brief Minister van Wonen en Rijksdienst, 28 maart 2013, nr. 2013-0000192791  

De Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) heeft aan de Minister voor Wonen en Rijksdienst informatie verstrekt over het aantal mensen dat blijft zitten met een restschuld na verkoop van hun woning. De banken hebben echter geen zicht op klanten die hun restschuld voldoen vanuit andere middelen, zoals bijvoorbeeld uit spaargeld. De door de NVB verstrekte cijfers hebben bijgevolg uitsluitend betrekking op het aantal mensen met een restschuld die niet is afgelost of is meegefinancierd. Het gaat dan om 3700 gevallen. De gemiddelde hoogte van de restschuld bedraagt € 60.000. Het kabinet heeft verschillende maatregelen genomen om te voorkomen dat consumenten die een hypotheek afsluiten in de toekomst geconfronteerd worden met een restschuld. Zo wordt de maximale Loan to value ratio (LTV) de komende jaren geleidelijk verlaagd naar 100%. Per 1 januari 2013 is de LTV ratio verlaagd naar 105% van de waarde van de woning. Elk jaar zal verlaging met 1 procentpunt plaatsvinden en op 1 januari 2018 zal het niveau van 100% bereikt worden. Een andere maatregel is de permanente verlaging van het overdrachtsbelastingtarief voor woningen naar 2%. Verder wordt het door het voorschrift dat er enkel recht op hypotheekrenteaftrek bestaat als over 360 maanden volgens tenminste een annuïtair schema word afgelost, minder aantrekkelijk gemaakt om een schuld aan te houden.  

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Editie: 4 april

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen