Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de inspecteur de aangifte terecht heeft gecorrigeerd met het bedongen winstrecht. Door de verkoop van de boerderij in juli 2000 is er namelijk geen sprake meer van een onderneming die door de verkoper werd gedreven.

X exploiteert, samen met zijn vrouw, in maatschapsverband een melkveehouderij. Begin 2000 komen X en zijn vrouw overeen dat zij de onderneming in een bv zullen inbrengen. X geeft vervolgens een makelaar opdracht om de boerderij te verkopen, en hij pacht melkquota en gronden in Duitsland. In mei 2000 koopt X een boerderij in Duitsland en verkoopt hij zijn Nederlandse melkquotum en de landbouwgronden. In juli 2000 wordt vervolgens de Nederlandse boerderij verkocht. Op 1 augustus 2000 sluiten X, zijn vrouw en de bv een maatschapscontract en bedingt X een lijfrente bij de bv. Tevens komen X en de bv een winstrecht overeen. X emigreert vervolgens naar Duitsland. In zijn IB-aangifte 2000 brengt X onder andere een bedrag in aftrek in verband met het bedongen winstrecht.

[Bron Uitspraak]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 8 oktober

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen