Belanghebbende, de heer X, is gehuwd met mevrouw C, die last heeft van chronisch progressief congenitaal lipoedeem. Haar heupen, benen en bovenarmen zijn hierdoor zeer volumineus en pijnlijk. De dermatoloog beveelt liposuctie onder plaatselijke verdoving aan. De verzekeraar weigert deze behandeling te vergoeden. In geschil is of X de hoge kosten als uitgaven voor specifieke zorgkosten in 2011 kan aftrekken. Rechtbank Gelderland stelt X in het gelijk. De inspecteur stelt in hoger beroep dat lipoedeem niet voorkomt op de lijst van International Classification of Diseases van de World Health Organisation (WHO).
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat sprake is van een ziekte bij een verminderde of verstoorde gezondheidstoestand. C heeft - net als haar moeder - last van ernstige pijnklachten en verminderde mobiliteit door het lipoedeem. Lipoedeem is dus een ziekte als bedoeld in art. 6.17 lid 1 Wet IB 2001. De kosten van de behandeling zijn aftrekbaar, ondanks dat de ziekte (nog) niet is erkend door de WHO. De lijst van de WHO is niet opgesteld voor fiscale doeleinden. De lijst is van oorsprong een classificatie-lijst die primair is gericht op een doelmatig gezondheidsmanagement. Het beroep van de inspecteur is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 31 augustus