Rechtbank Den Haag oordeelt dat X niet slaagt in zijn bewijslast en derhalve geen inwoner is van Marokko maar van Nederland.

X heeft de Nederlandse nationaliteit en heeft de afgelopen jaren aangifte inkomstenbelasting gedaan als zijnde binnenlands belastingplichtige. Hij ontvangt inkomen uit arbeid van een Nederlandse vennootschap en is daarnaast directeur-grootaandeelhouder van een aantal Nederlandse vennootschappen. Hij brengt een deel van zijn tijd door in Marokko, waar hij een woning en een sociaal leven heeft. In zijn aangifte geeft hij niet zijn wereldinkomen aan waaronder zijn inkomen uit Nederland. De inspecteur is van mening dat X geen inwoner van Marokko maar van Nederland is, en legt een aanslag op voor het wereldinkomen van X.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat X niet slaagt in zijn bewijslast en derhalve geen inwoner is van Marokko maar van Nederland. X heeft onder andere niet voldoende bewijs kunnen leveren dat hij daadwerkelijk is geëmigreerd naar Marokko. X heeft daardoor niet aannemelijk gemaakt dat hij voor toepassing van het belastingverdrag tussen Nederland en Marokko dient te worden aangemerkt als inwoner van Marokko.

Lees ook het thema Grensoverschrijdende arbeid: wonen in Nederland, werken in het buitenland.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Overeenkomst tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk Marokko tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen 4

Algemene wet inzake rijksbelastingen 4

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Internationaal belastingrecht, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Den Haag

Editie: 5 januari

45

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen