X gaat in beroep. Bij Rechtbank Noord-Nederland sluit hij met de heffingsambtenaar een compromis, waarna X de beroepen intrekt. Later ageert X tegen dit compromis, waarna de rechtbank alsnog formeel uitspraak doet. De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk omdat X de beroepen rechtsgeldig heeft ingetrokken.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet meer kan terugkomen op de intrekking van de beroepen bij de rechtbank. Blijkens het proces-verbaal van de zitting van de rechtbank heeft de rechter het onderzoek ter zitting twee keer geschorst, het voorgestelde compromis op schrift gesteld en partijen vervolgens de gelegenheid geboden dit door te nemen. Verder heeft de rechter zowel X als de heffingsambtenaar erop gewezen dat het hen geheel vrij staat om het compromis te aanvaarden of af te wijzen en dat zij er goed over na moeten denken. Verder heeft de rechter partijen erop gewezen dat bij aanvaarding van het compromis door partijen, X zijn beroepen intrekt en dat hij geen hoger beroep kan instellen. Beide partijen hebben vervolgens ter zitting het compromis aanvaard en ondertekend. Uit deze gang van zaken blijkt dat de intrekking geen voorwaardelijke intrekking betrof. Van dwaling of dwang bij X is geen sprake. Integendeel, de rechtbank is op zorgvuldige wijze te werk gegaan. Dat de rechter partijen niet de gelegenheid heeft geboden om nog tekstuele wijzigingen aan te brengen in het door hem opgestelde compromisvoorstel, doet hieraan niet af. Het stond X ook vrij het compromis niet te aanvaarden. Het hof oordeelt dat X zijn beroepen rechtsgeldig heeft ingetrokken. Het hof verklaart de hoger beroepen van X ongegrond.
Wetsartikelen:
Burgerlijk Wetboek Boek 7 7|:900
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 30 augustus
Informatiesoort: VN Vandaag