X bv komt in hoger beroep tegen een aantal WOZ-beschikkingen.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat een belanghebbende een standpunt dat door de rechtbank wegens strijd met de goede procesorde buiten beschouwing is gelaten in hoger beroep opnieuw naar voren mag brengen. De rechtbank heeft het standpunt van X bv dat de WOZ-waarde te laag is vastgesteld op grond van de goede procesorde buiten beschouwing gelaten. Dit omdat de heffingsambtenaar door de wijze van procederen van X bv de kans is ontnomen om adequaat te reageren op het nieuwe standpunt dat X bv op het laatste moment heeft ingenomen. Aangezien de rechtbank verder van X bv heeft begrepen dat zij van mening is dat de WOZ-waarde niet te laag is vastgesteld, heeft de rechtbank niet anders kunnen concluderen dan dat er geen geschil meer was. De rechtbank heeft het beroep terecht niet-ontvankelijk verklaard. In hoger beroep heeft X bv opnieuw gesteld dat de WOZ-waarden te laag zijn vastgesteld. Dit standpunt heeft zij in hoger beroep niet onder zodanige omstandigheden aangevoerd, dat behandeling ervan zou leiden tot een inbreuk op een goede procesorde. Het hof vernietigt de uitspraak van de rechtbank. Inhoudelijk oordeelt het hof dat de WOZ-waarden niet te laag zijn vastgesteld. De heffingsambtenaar moet het griffierecht aan X bv terugbetalen maar het hof ziet geen reden om de heffingsambtenaar te veroordelen in de proceskosten van X bv.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:104
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 17 augustus