X ontvangt in 2016 van de gemeente waarin hij woonachtig is een uitkering. Begin 2017 doet X aangifte IB/PVV. De inspecteur wijkt af van deze aangifte en gaat uit van een hoger belastbaar inkomen. X stelt vervolgens dat hij minder uitkering heeft ontvangen dan door de Gemeente aan de Belastingdienst is doorgegeven en dat in de opgelegde aanslag van een te hoog bedrag is uitgegaan.
De rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst in beginsel kan volstaan met de gegevens die hij heeft doorgekregen van het UWV. Pas als X de juistheid van die gegevens voldoende gemotiveerd betwist, zal de Belastingdienst aanvullend bewijs moeten leveren. Volgens de rechtbank slaagt X hier niet in. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 26
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Editie: 10 maart