De Nationale ombudsman oordeelt dat de Belastingdienst niet onbehoorlijk heeft gehandeld bij de afwijzing van het verzoek om ambtshalve vermindering over belastingjaar 2002.

Belanghebbende, X, is belastingadviseur. Hij dient namens een cliënt een verzoek in tot ambtshalve vermindering over belastingjaar 2002. In het verleden heeft een andere gemachtigde voor deze cliënt al zonder succes over dit belastingjaar geprocedeerd bij de belastingrechter. De Belastingdienst wijst het verzoek om ambtshalve vermindering af wegens overschrijding van de vijfjaarstermijn. X vindt dat de belangen van zijn cliënt zijn geschaad en brengt de kwestie opnieuw ter sprake bij de Belastingdienst. X stelt dat de Belastingdienst een toezegging heeft gedaan om het verzoek opnieuw in behandeling te nemen en de Belastingdienst deze toezegging niet is nagekomen.De Nationale ombudsman oordeelt dat de Belastingdienst niet onbehoorlijk heeft gehandeld bij de afwijzing van het verzoek om ambtshalve vermindering over belastingjaar 2002. De Belastingdienst geeft aan dat hij ook bij de eerste afwijzing al inhoudelijk naar het verzoek heeft gekeken. Toen is X hiervan niet op de hoogte gesteld, omdat de Belastingdienst kon volstaan met een formele reden van afwijzing, namelijk de termijnoverschrijding. Toen X op de afwijzing terugkwam heeft hij de inhoudelijke motivering alsnog gekregen. De ombudsman oordeelt dat de Belastingdienst hiermee de toezegging is nagekomen. De Belastingdienst heeft gemotiveerd aangegeven dat de gegevens die X alsnog heeft aangeleverd dubieus waren. Dit is voldoende, zeker nu de belastingrechter X al eerder in het ongelijk heeft gesteld en het bij een verzoek om ambtshalve herziening aan de belastingplichtige is om overtuigend aan te tonen dat de aanslag onjuist is.

 

 

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingrecht algemeen

Instantie: Nationale ombudsman

Editie: 4 oktober

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen